Een soi in Kudichin

Ach, Portugal…, hoe vaak zal ik er geweest zijn? Tien, twintig keer? De eerste keer was in 1975, een jaar na de Anjerrevolutie en de laatste keer in 2002, na het overlijden van mijn vrouw, op zoek naar mooie herinneringen aan de vele vakanties die we er samen hebben doorgebracht.

Er zijn vele hoogtepunten te noemen, ik zou er wel een boek over kunnen schrijven. Laat ik mij beperken tot de onbetwistbaar aan de top staande hoofdstad Lissabon, waar wij in vele fado-restaurants genoten van de unieke Portugese sfeer en de overheerlijke gerechten uit de Portugese keuken. Terwijl ik dit schrijf galmen de Portugese fado-zangers en –zangeressen door mijn woonkamer met hun onweerstaanbare melancholieke fadomuziek. Portugal is voor mij voor altijd het favoriete Europese land.

Portugal in Thailand

Ik heb genoeg over de Siamese geschiedenis gelezen en er ook artikelen op dit blog over geschreven om te weten, dat niet alleen de Hollanders actief zijn geweest in de Ayutthaya periode. Ook de Portugezen hebben er een handelspost gehad, nog vóór de bloeitijd van de VOC.

Nu ontdekte ik, dat er in Thonburi – de eerste hoofdstad na Ayutthaya – op de westelijke oever van de Chao Phraya een hele Portugese wijk bestaat. Daar moest ik meer van weten en ik heb veel informatie op internet gevonden. Maar vóór ik iets vertel over dat stadsdeel, beschrijf ik de geschiedenis van de Portugezen in Siam, waaruit duidelijk wordt hoe Kudichin – zo heet die wijk – tot stand gekomen is.

Maagd Maria met op de achtergrond de typische blauwe Portugese tegels op een huis in Kudichin

De Portugezen in Siam

Portugal was destijds een belangrijk land van ontdekkingsreizigers. Tijdens het bewind van koning Manuel I (1469 – 1521) zeilde het kleine maritieme koninkrijk van Portugal uit om de verre uithoeken van de wereld te ontdekken, het was het tijdperk van ontdekking.

In 1498 werd Vasco da Gama de eerste man die vanuit Europa naar India voer. Daarna, In 1509, veroverde Afonso de Albuquerque (1453 – 1515) Goa aan de westkust van India, gevolgd door Malakka in 1511. Met Malakka als basis bereikten de Portugezen Oost-Indië (Oost-Timor) en de kusten van China (Macau). Omdat Malakka een vazal van Siam was, stuurden de Portugezen onmiddellijk een gezant in 1511 naar Ayutthaya om de koning te verzekeren dat de Portugezen geen agressieve bedoelingen hadden tegenover Siam.

Na verdere onderhandelingen door nog twee gezanten, werd in 1516 een handelsverdrag gesloten, waarna Portugal een handelspost kon vestigen in Ayutthaya, net ten zuiden van de ommuurde stad. De Portugezen kochten specerijen, peper, rijst, ivoor en hout uit Siam. In ruil daarvoor importeerde Siam musketten, kanonnen, buskruit, munitie, koper, Portugese tegels en Chinese zijde van de Portugezen. Het verdrag omvatte ook het verstrekken van huurlingen in dienst van de koning van Ayutthaya en de introductie van Europese militaire tactieken voor het Siamese leger.

Maagd Maria met kindje Jezus op een muur in Kudichin

Farang

De toetreding van de Portugezen tot Ayutthaya moet tot opschudding hebben geleid onder de Arabische, Indiase, Maleisische en Perzische handelaars die de handel beheersten. Hoe noemden ze de Portugezen?

Het woord is van Arabische oorsprong en dateert uit de Eerste Kruistochten in de late 11e eeuw. De eerste kruisvaarders waren Franken uit Gallië (het huidige Frankrijk), de Arabieren noemden hen Alfaranja.

Later, toen andere Europeanen zich bij de kruistochten voegden, werden ze met dezelfde naam aangeduid, wat geleidelijk aan in het algemeen Europeanen betekende. Toen de Portugezen in Ayutthaya arriveerden, werden ook zij door de Arabische, Indiase en Perzische handelaars die er al lang eerder waren, alfaranja genoemd. De Siamezen pasten het toen aan tot “Farang” om alle Europeanen of blanken aan te duiden.

De val van Ayutthaya – het Thonburi tijdperk

In 1765 viel het Burmese leger Siam binnen en veroverden stad na stad tot aan Ayutthaya, dat in 1767 viel en in brand gestoken werd. Phraya Tak (Taksin) ontsnapte uit de brandende stad met een legertje van 200 man. Zij trokken naar Chantaburi, waar Phraya Tak een groot leger opzette met hulp van de Chinese gemeenschap aldaar.

Phraya Tak consolideerde zijn strijdkrachten in Thonburi op de westelijke oever van de Chao Phraya rivier en zette van daaruit de tegenaanval tegen Burma in. In een periode van 6 maanden dreef hij de Birmezen het land uit. In 1768 besteeg hij de troon als koning Taksin in de nieuwe hoofdstad Thonburi.

Santa Cruz kerk

Thonburi

De Portugezen gaven Taksin militaire steun tijdens zijn veldtochten tegen Burma en hun trouw aan de koning werd niet vergeten. Koning Taksin liet zijn paleis, Wang Derm, bouwen aan de monding van het Yai Canal. De Chinese Boeddhisten en de Moslims kregen een stuk land toegewezen. In het gebied ten oosten van de Boeddhistische wijk kregen de Portugezen op 14 september 1769 een stuk land ter beschikking, waarbij ook toestemming werd verleend een Rooms-Katholieke kerk te bouwen. De kerk kreeg de naam Santa Cruz.

De Kudichin gemeenschap

Het land, dat door koning Taksin aan de Portugezen en andere Siamese katholieken werd geschonken lag in een gebied, dat Kudichin werd genoemd. De Portugezen, die nu in die wijk woonden worden dan ook ”Farang Kudichin” genoemd. De Santa Cruz kerk werd het centrum van voor de voornamelijk katholieke gemeenschap in Kudichin. Later werden ook de Santa Cruz kleuterschool, de Santa Cruz Suksa school en het Santa Cruz klooster gebouwd. Nu wonen er nog altijd afstammelingen van de eerste Portugese bewoners, die oude gebruiken, cultuur en Portugese gerechten in ere trachten te houden.

De huidige buurt Kudichin

Het is een typische Thaise wijk van Bangkok, leuk om door smalle sois te flaneren, waar men dan af en toe aan de buitenkant van huizen een vleugje Portugal proeft, door al door het gebruik van de Portugese blauwe azulejo’s (tegels). Natuurlijk is de Santa Cruz kerk het middelpunt van de wijk. Het is niet de oorspronkelijke kerk, die van hout gemaakt was, maar nieuw gebouwd in 1916.

Baan Kudichin Museum

Baan Kudichin Museum

Om meer te weten te komen over de Portugees-Thaise geschiedenis is het Baan Kudichin Museum de juiste plaats. Gevestigd in een “normaal” huis is er op de begane grond een koffieshop, maar op de tweede verdieping wordt het duidelijk hoe de gemeenschap van Kudichin na de oorlog rondom Ayutthaya tot stand gekomen is. Veel mooie afbeeldingen en ook allerlei voorwerpen, die nog uit de oude tijd stammen. Het museum heeft een eigen website, waar u meer informatie vindt.

Portugese restaurants

Nou nee, echte Portugese restaurants zijn er niet, maar enkele koffieshops en kleine restaurantjes proberen wel een vleugje Portugal in sommige gerechten te verwerken. Zo is er Baan Sakulthong, dat naast Thaise gerechten als een hoofdgerecht “kanom jeen” in Portugese stijl serveert. Het is een noedelgerecht, waarbij rijstvermicelli bedekt wordt met kipgehakt in rode curry en gemixed met cocoscream.

Tenslotte

Kudichin is leuk voor een (halve) dagtocht. Op Internet vindt u veel informatie over de wijk en hoe u er het beste kunt komen. Ik ben er zelf nog niet geweest, maar zodra ik weet, dat er Fadomuziek te beluisteren valt, reis ik meteen af.

Hieronder een leuke video, waar u kunt zien hoe een dagtocht kan worden gemaakt:

10 reacties op “Kudichin, een vleugje Portugal in Bangkok”

  1. Tino Kuis zegt op

    Wel, een prachtig verhaal, Gringo, wat laat zien hoe gevarieerd die Thaise cultuur is. Je hebt het prima beschreven.
    Ik heb die wijk een paar jaar geleden bezocht. Op de kaart zie je het pontje dat je voor 5 bath overzet naar de andere kant. Ik bezocht die koffieshops en het kleine museum daar boven en sprak met de eigenaresse. Zij vertelde over haar voorouders, Portugezen, moslims, Europeanen en Thais. Het is heerlijk om door die steegjes te wandelen. Interessanter dan Wat Arun of de Grand Palace. Lekker rustig ook. Het echte Thailand, zeg ik altijd….

    • Rob zegt op

      Zie mijn reactie, Tino. Ik ben het met je eens en noem je ook even in mijn reactie.

  2. Theiweert zegt op

    Zeker leuk om een bezoek te brengen als ik weer wandelvrienden over heb. Bedankt.

  3. Rob zegt op

    Bij toeval heb ik deze buurt ontdekt in 2012. Ik ben in deze wijk diverse malen geweest om rond te struinen in de kleine sluip-door-kruip-door-straatjes. Opvallend zijn ook de afbeeldingen op de voordeuren met christelijke teksten zoals b.v. ” I can do everything through Him who gives me strength ” (Jezus Christus wordt hier bedoeld) of ” God’s blessings be yours every day “. Van deze voordeuren heb ik een paar leuke foto’s gemaakt. Ook street art schilderingen kom je hier tegen op muren.

    Deze buurt is een van mijn favoriete plekken in Thailand, en goed te combineren met een bezoek aan Wat Arun. Ik sluit me aan bij Tino Kuis, het echte Bangkok/Thailand. Ik ben binnenkort in Thailand voor een paar weken en zal zeker weer een bezoek brengen.

  4. Petervz zegt op

    Inderdaad een prachtige buurtje in Thonburi. Het ligt mooi tussen 2 minder toeristische maar wel erg mooie tempels in. Je kan je wandeling beginnen bij 1 van deze tempels en dan via Kudichin deels langs de rivier lopen naar de andere tempel.

  5. Ton Egbers zegt op

    Leuk! Ben pas sinds twee jaar een Portugal fan. Misschien ook leuk om te delen op de wekelijkse NLse “Portugal Portal” nieuwsbrief? Portugal Portal [[email protected]]

    • Gringo zegt op

      Geen probleem, Ton!
      Het verhaal (met bronvermelding mag gerust gepubliceerd worden
      op Portugal Portal, compleet met foto’s.

  6. Rob zegt op

    Samen met Banglamphu (minus Khao San Road) is Kudichin mijn favoriete wijk in Bangkok. Vanaf de Santa Cruz kerk kun je ook naar Wat Arun lopen. Een erg leuke wandeling langs en door authentieke straatjes en over een ijzeren loopbrug een brede “klong” overbruggen.

  7. niek zegt op

    Ik deel je liefde voor Portuga, Gringol; heb er een tijdje gewoond in de buurt van Lagoa in de Algarve en denk er vaak met ‘suadade’ aan terug en mis ook de gegrilde sardientjes op de kade van Portimao.
    Interessant dat je de afstamming van het woord ‘farang’ herleidt tot de benaming van ‘alfaranja’ door Oosterse handelaars wat later verbasterd werd door de Siamezen tot ‘farang’.
    Totnutoe kende ik twee andere theorieën over de afkomst van het woord ‘farang’, nl van het Sanskrit woord ‘farangi’ voor vreemdelingen en de tweede theorie is dat het afkomstig zou zijn van het woord ‘faranset’ wat verwijst naar de Fransen of franstalige Belgen waar de Siamezen rond de eeuwwisseling veel diplomatieke maar ook commerciële contacten mee hadden.

  8. Rob V. zegt op

    Ik hou van diversiteit, ook in Thailand valt dat genoeg te vinden. Ben nog nooit in deze buurt geweest maar lijk me leuk eens door heen te dwalen. 🙂


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website