Fabeltjeskrant of toch niet?- deel 11 (lezersinzending)

Door Ingezonden Bericht
Geplaatst in Lezersinzending
Tags: , ,
4 augustus 2023

Frikandellen, kroketten, Belgische patat met Belgische bieren

Piet zat een beetje weg te mijmeren over zijn leven op de oude stek en vooral over de mannen die hij hoofdzakelijk in het avondleven had ontmoet. Er zaten wat kluitenduikers tussen. Veel van de toen aanwezige buitenlanders zijn of overleden of weer met de staart tussen de benen teruggegaan, geld op of om andere redenen. De groep die half-om-half hier verbleef, of iets wat daar het beste bij past om van zowel Thailand als het thuisland de meeste vruchten te plukken, is ook flink gegroeid.

Vroeger gingen ‘wij’ natuurlijk ‘nooit’ meer terug.

De harde kern, om het zo maar te noemen, dacht Piet, is flink verminderd in aantal maar ook in gedrag. De echte bierdrinkers hebben het in de loop van de tijd laten afweten. Ze hebben toch met een beetje druk vanuit het thuisfront – lees vrouwlief – hun uitgaanspatroon ‘ietsje’ aangepast. En de club die geen ’thuisfront’ heeft, haalt de teugels aan omdat de check-ups in ziekenhuizen anders adviseren.

Het kan hard gaan in een betrekkelijk korte tijd. Piet begon met Silverspoon, die eigenlijk buiten deze categorieën valt.

Silverspoon was een van die mannen, jonge vent van een jaartje of 35, zoon van een advocaat uit good old England. Hoefde maar te bellen of het geld werd overgemaakt, papa betaalde alles. Uiteraard had Silverspoon een Thaise vriendin om van te kwijlen. Net als een huis, auto en een stevig uitgaansleven. Na een jaartje of wat was Silverspoon opeens verdwenen, nee, papa wilde hem nog niet in Engeland zien. Maar Silverspoon was toch het leven in de kleine stad zat en wenste naar de stad van de steden te verhuizen: Krung Thep Mahanakhon Amon Rattanakosin Mahinthara Ayutthaya Mahadilok Phop Noppharat Ratchathani Burirom Udomratchaniwet Mahasathan Amon Piman Awatan Sathit Sakkathattiya Witsanukam Prasit.

De meeste mensen nemen genoegen met Krung Thep als Thai of gewoon Bangkok als buitenlanders, gelukkig. Aangezien er ook hier in de loop van de tijd vreemde verhalen vermeld werden, leek het Silverspoon beter om een andere locatie te zoeken en eigenlijk was Bangkok daar perfect voor geschikt. Daar kan je natuurlijk tien jaar verdwaald raken, als je dat wilt.

Er waren diverse heren uit veelal Engeland die elkaar eigenlijk ook het licht in de ogen niet gunden als het om afkomst en locatie ging, was komisch eigenlijk. Nooit geweten dat als je een Engelsman uitmaakt voor een andere VK-nationaliteit dat men regelmatig ietsje beledigd is. Om over de verhouding tussen VK- en Duitsland lieden, maar even te zwijgen, nog steeds bij velen niet te vergeten. Hoeven wij ons in het Nederlandstalige gebied niet te schamen met gekibbel over afkomst en locatie over de ‘noordelijke’ Nederlanden en de ‘zuidelijke Nederlanden’.

Hadden wij ook nog een seizoen een jongeman uit jawel, Nederland. Hij had een koksopleiding gedaan in Nederland en zou eens even hier een fastfood restaurant/bar opzetten. Frikandellen, kroketten, Belgische patat met Belgische bieren, het klonk goed. Alleen er klopte schijnbaar iets niet in de gedachtegang, of er was te weinig geïnteresseerde klandizie bij zijn inwerklocatie. Wijs geworden misschien, kortom, maar weer terug naar Nederland toen de weinige centen op waren. Hij had wel weer een triple A Thaise dame in die periode. Een leuk smoeltje, fijne uitstraling en flink wapperen met wat bahtjes werkt, hersensdodend, ook bij veel Thaise dames. Of zou het zoiets zijn van: als de pret op is, gaan wij naar de volgende?

Piet zijn vocabulaire en uitstraling lag een tandje lager, misschien wel twee of drie. En zo had hij nog een paar andere dingen niet helemaal mee in het leven.

Er was ook nog de bewakingsman, de Engelse Rambo, die tegenwoordig vanuit Monaco/Thailand bewakingsschema’s uitwerkte via de laptop. Inmiddels was hij weer vrijgezel na een Thais huwelijk. Hij wist wel erg veel van wapens af en had zijn ’tijd’ in het Midden-Oosten gedaan waar hij wel eens wat minder leuke dingen had gedaan. Dat was zijn verhaal, hoewel het natuurlijk allemaal voor een betere wereld was. Piet wist nooit echt wat hij met deze man aan moest. Hij was gek van gewapende conflicten en hoopte weer eens uitgezonden te worden, het liefst naar Afrika. Daar was hij al eens eerder naar uitgezonden, een perfect continent, volgens hem. Ook daar had hij ‘oude bekenden lopen’ waar hij wat minimale verplichtingen bij had. Dat was zijn verhaal, hoewel hij dat luchtig opnam.

Dit alles werkte via een bureau in Monaco. Rambo ging veel en regelmatig de grens over, want een echt jaarvisum had hij niet meer, en was ook niet nodig vanwege zijn werk. Dat was zijn stelling. De enkele keer dat het visum vastliep, vloog hij ‘even’ naar de Filipijnen voor een weekje of zo, of dicht bij, naar Laos.

“Het fijne van een emigrant/immigrant,” dacht Piet eigenlijk wel, “is dat zij in woongemeenschappen nog wel eens een mooi verhaal kunnen maken.” Als je het met een glimlach bekeek en niet al te serieus nam, hoewel Piet met Rambo altijd uiterst voorzichtig was.

Velen hadden nog niet eens een blauwe maandag de hoeksteen van de samenleving bereikt in hun voorgaande leven in het thuisland, hoewel er hier en daar toch wel een ‘onkostenpost’ was zoals een kind of een zeer eigenwijze en vooral slimmere ‘oude’ vriendin. Vooral de Engelsen hadden daar nogal last van.

Ook Piets maat, eenmaal getrouwd in het VK, met daarna losse relaties en kinderen die hij twee keer per jaar belde (op hun verjaardag en nieuwjaar), had dat verleden. “Het gras is altijd groener aan de andere zijde van het dal,” dacht Piet, “vandaar dat velen hun halve leven door de bagger lopen of door het losse zand, zullen wij maar zeggen, of proberen ‘wij’ toch de dolende ridder op het witte paard uit te hangen.” De ieder jaar terugkerende mannen uit het VK, de VS, Australië en Nieuw-Zeeland die Engelse les gaven, deden bij veel buitenlandse bewoners regelmatig de wenkbrauwen fronsen. Meerdere scholen maakten daar flink reclame mee om ‘de toekomst’ toch vooral Engels te leren. Duidelijke taal natuurlijk, ware het niet dat de meeste van deze ‘aankomende docenten’ het meer zagen als een paar jaartjes globetrotten hier en daar in diverse landen in Zuidoost-Azië. Salaris, gratis huisvesting, het echte leven in Thailand eens even beleven en volgend jaar zien we wel weer in welk land of stad, het is een kwestie van vooruit kijken.

Algemeen beschaafd Engels of van mijn part Amerikaans, wat voor veel Europeanen beter te begrijpen is, was niet echt aan de orde, want lieden uit native Engels sprekende landen mochten zo aan de bak op die scholen. Fijne kerels om een biertje mee te drinken en een avond gekke praat te hebben, maar of het nu zo gunstig was voor de kinderen was niet altijd duidelijk. Piet moest nogal eens aan zijn maat vragen waar ze het nu eigenlijk over hadden, vanwege het ietsjepietsje teveel dialect dat ze spraken.

Zo waren er mannen uit heel de wereld die, als je ze eens wat beter leerde kennen, toch wel eens een steekje lieten vallen in hun verhalen over het wel en wee uit het verleden. De mensen uit het Duits-sprekende gedeelte van Europa, die hier vaak fulltime woonden, hadden het vaak beter voor elkaar.

Tijdens dit gemijmer dwarrelde Noy ook weer voorbij in zijn gedachten. Piet had nog niet, hoewel Noy steeds meer in zijn wereldse activiteiten en gedachten opdoemde, het lef gehad om daar eens wat meer duidelijkheid te scheppen met haar. De vraag lag niet zozeer bij Noy, had Piet de indruk, maar bij Piet zelf. Stond dat dubbelloops jachtgeweer nu niet op zijn eigen voeten gericht en was hij bijna de trekker over aan het halen? Noy was natuurlijk ook met regelmaat, volgens Piet, een ‘ongeleid projectiel’; niet altijd leuk, maar wel vol spanning en sensatie tijdens het samenzijn.

De bevestiging dat ze toch slecht zonder elkaar konden, hield natuurlijk nog veel meer in. Kon hun drang naar ‘vrijheid’, waarvan de grenzen inmiddels duidelijk waren, irritaties afdoen als “dat is niet jouw zaak”, soms weken elkaar niet zien en dan weer dagen op elkaars lip zitten, dit aan? Piet bleef twijfelen of de ‘next step’ en dus nieuwe grenzen niet het fundament onder hun verstandhouding weg zouden trekken.

Wordt vervolgd.

Ingezonden door William-korat

6 reacties op “Fabeltjeskrant of toch niet?- deel 11 (lezersinzending)”

  1. Alphonse Wijnants zegt op

    Wow, William, dit is een heel wijs stuk!
    Je hebt de kapsones van de diverse vrije-westengemeenschappen in Thailand behoorlijk in je achterzak.
    Het gaat vooral om de schijn – en die verblindt…
    Zoals Plato al 2500 jaar geleden wist.
    Ik blijf me realiseren dat de falang-aanwezigheid in Thailand 0,0005 % is, en de Thaise aanwezigheid 100%.
    En die ambivalente houding waarmee je Piet tekent, is volkomen herkenbaar.
    Hoe komt het toch?
    Is het de nature of de nurture, al de beslissingen die we nemen?

  2. Frans zegt op

    Mooi, dankjewel!

  3. KopKèh zegt op

    Hallo,
    Het is alsof ik in een bootje zit en me door de stroming laat meevoeren als ik jou lees.
    Hier en daar tegen de kant stoten en nadenken over “hoezo”.
    Heerlijk, ga verder ajb.

  4. Chang zegt op

    Het wordt steeds spannender.
    Je merkt dat het verhaal zich steeds meer gaat verwikkelen.
    Dagboek van Piet alias William.
    Hoe zal het toch hier gaan verder aflopen.

    • Jos K. zegt op

      Boelkloedig

  5. william-Korat zegt op

    Heb toevallig vandaag deel achttien samen met Piet getypt, Chang.
    Piet heeft een luisterend oor nodig en dan probeer ik er wat van te maken in een kort verhaaltje.
    Nadien mag Piet zijn fiat er aan geven.
    Er komen voor jullie nog wat up’s en down’s aan, niet vreselijk schokkend voor de meeste van ons, maar och geinig om te lezen en een stukje herkenning soms.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website