De koekoek is een bedrieger! Bouwt niet zelf een nest, maar legt een ei in het nest van een andere vogel. Zo zoekt het koekoeksvrouwtje kleine vogels op die hun nest aan het bouwen zijn; ze gooit een ei uit het nest en legt haar eigen ei er in. Maar hoe is dat ontstaan?

In Thailand wiegen moeders hun baby met dit lied:

In het nest van de raaf gaat de koekoek haar ei leggen. De raaf houdt van het koekoeksjong, want denkt dat die van haar is. De raaf brengt rijst en wormpjes. Zij vliegt naar de rivier en vangt visjes, kreeftjes en wier en brengt dat naar het nest. Dat alles voor de jonge vogel, het koekoeksjong!

Thaise kinderen weten dat; in het nest van de raaf kun je het ei van de koekoek vinden. Men zegt dat de raaf dat koekoeksei moet uitbroeden, omdat de raaf dat lang geleden heeft beloofd…

Grote mensen houden niet van de raaf. De raaf is brutaal en steelt. Maar in de vogelwereld houdt men er wel van, want het is een goeie vogel die woord houdt en het ei uitbroedt van de koekoek.

Jonge Myanmarezen weten dat ook maar bij hen vertelt men weer deze legende:

Er was eens een jongen die het leuk vond klodders aarde weg te schieten met zijn katapult. Maar een klodder kwam terecht in het oor van een uil. Deze ging zich, zeer ontstemd, beklagen bij zijn vriend de raaf. Maar die zei hem ‘Beste vriend, daar kan ik niks aan doen. Ik ben geen wonderdokter. Maar wacht hier, ik ga iemand voor je zoeken die je wel kan helpen.’

En de raaf ging naar de koekoek die, voor vogels en andere bewoners van het bos, als enige in staat is kommer en kwel te genezen. Maar de koekoek weigert zijn hulp. Hij zei ‘Nee, ik doe niks voor de uil. Als ik jou was zou ik dit naargeestige soort uit de weg gaan… Ik zou alles doen om jou te helpen, want jij bent een vogel van je woord; maar de uil vergeet altijd wat ie beloofd heeft. Ik voel me tot niks verplicht.’

De raaf, die wist dat de uil erg leed, smeekte de koekoek op zijn beslissing terug te komen. ‘Als de uil jou niet betaalt dan betaal ik je wel. Ikzelf.’ ‘Goed’ zei de koekoek, ‘ik doe het, maar vergeet jouw belofte niet.’

Aldus kwamen de raaf en de koekoek bij de uil aan die met ongeduld op hen wachtte. De koekoek keek de uil in zijn oren, liet hem de snavel open doen, de ogen wijd openen en toen dacht hij een moment na en zei, op ernstige toon, ‘Hum … hum … effe kijken. Ik denk dat ik je er wel van kan verlossen.’

‘Zie je daar de rivier die schittert in de zon? Ga er heen, zoek een ondiepe plek waar het water is verwarmd door de zon. Stop je kop onder water zo lang als je kunt. Je zult zien, de pijn verdwijnt bij toverslag.’

Zo werd gedaan en de uil voelde direct verlichting. De klodder aarde werd week door het lauwe water en loste beetje bij beetje op. Na enige tijd voelde de uil zich beter. Hij droogde zijn veren in de zon en ging helemaal blij het bos in om zijn eten te zoeken.

En daarna betalen?

Wat later kwam de raaf hem tegen en vroeg hem ‘Hoe voel je je?’ ‘Geweldig’ zei de uil. ‘Ik voel me echt geweldig.’ ‘Je hebt de koekoek toch wel betaald, hoop ik?’ De slimme uil antwoordde hem grijnzend ‘Goeie vriend raaf, ik heb het ereloon betaald aan de godin van het water die mij heeft genezen. Dokter Koekoek heeft me geen enkel medicijn gegeven. Als hij betaald wil worden moet hij dat doorbetalen aan het water. Onder ons gezegd, bekijk het maar!’

Diep beledigd ging de raaf naar de koekoek en vertelde dat hij ernstig ontstemd was. De koekoek werd woest en zei hem ‘Mijn beste dat heb ik je toch gezegd? Die ouwe slimme uil houdt nooit woord. O, wat een beroerd volk toch, die uilen.’ Maar de raaf, als altijd goedhartig en wat dom, zei ‘Mijn beste koekoek, laten we het nog eens proberen. Jij bent zo goed voor hem geweest; ik denk dat hij best wel dankbaar is en we kunnen hem misschien tot rede brengen.’

De twee vogels vlogen naar het nest van de uil; maar die laatste was er niet. Ze gingen keer op keer terug, op verschillende tijden, maar iedere keer géén uil. Je zou zeggen dat hij het bos uit is. Zeker, ja, de uil is een slimme boef die van de goedheid van anderen profiteert en zich schuilhoudt om zijn verplichtingen niet na te hoeven komen.

‘Mijn beste koekoek, het spijt me echt je naar zo’n ondankbare vogel te hebben gestuurd, zo’n kwaad dier die zijn gegeven woord niet respecteert. Ik ben een arme vogel maar hecht er aan iets voor jou te doen. Vertel me wat jij prettig vindt en ik doe het direct en met plezier. O, ik weet al wat. Leg je ei maar in mijn nest en ik zorg voor de jonge koekoek.’

En de koekoek antwoordt, diep geraakt, ‘Dankjewel, vriend raaf, dat is een echt grootmoedig gebaar!’

En sinds die tijd legt de koekoek haar ei in het nest van de raaf, en de raaf broedt het uit en voedt het koekoeksjong alsof het haar eigen kind is.

Vertaald en bewerkt door Erik Kuijpers. Titel: Le Corbeau, le Coucou et le Hibou. Bron: Contes et Légendes de Thaïlande; 1954. Auteur Jit-Kasem Sibunruang (จิตรเกษม สีบุญเรือง), 1915-2011. Schrijfster was lerares Frans aan Chulalongkorn en werkte voor Unesco.

Er zijn geen reacties mogelijk.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website