Mensen uit Isaan – een monnik

Door De Inquisiteur
Geplaatst in Leven in Thailand
Tags: ,
22 juni 2017

Op ongeveer een anderhalve kilometer wandelafstand van huize Inquisiteur ligt een tempelcomplex. Een aangename wandeling, vijfhonderd meter over de verbindingsstraat en dan sla je rechtsaf op een rode aardeweg. Je komt dan in een groot bosrijk terrein. Oude bomen, waardevol hout dat niet gekapt wordt. Hoe verder op de weg, hoe donkerder, want de bomen gaan hoe langer hoe dichter bij elkaar staan. De zon mag dan uitbundig schijnen, het is er lommerrijk, altijd net iets koeler. Op een moment kom je bij een poort – die altijd open staat, bovendien kan je net zo goed binnen gaan naast die poort, er is geen andere omheining. Het heeft iets geheimzinnig die poort. Waarom staat die daar?

De eerste Boeddhistische tekenen verschijnen wanneer je aan het meer komt. Twee enorme draken omheinen het water, hun koppen zijn onwezenlijk groot, hun lichamen kronkelend lang. Fraai gekleurd in groen, rood en goud. Hun felle ogen lijken je continu aan te staren, waar je ook staat. Kleinere Boeddha-beelden staan er tussenin, sommige in traditionele houding volgens de dag van de week, andere in een weinig geziene positie, vaak met een soort afdakje boven hun hoofd, de betekenis ontgaat De Inquisiteur. Wanneer je er ook maar komt, het enige dat je hoort is de dierenwereld. Vogels, krekels, kikkers. Tenzij er rituelen aan de gang zijn. Je hoort dan eerst een soort zoemen, wanneer je iets dichter gaat snap je dat het de mantra’s zijn die de monniken prevelen. Zoiets geeft ook altijd een geheimzinnige atmosfeer.

De eerste gebouwtjes zijn van praktische aard, gewoon gemetst zonder enige verfraaiing. Die soberheid blijft duren wanneer je aan de grote open maar overdekte zaal komt, hier gaan de rituelen door. De steunpalen zijn van hout, massieve boomstammen, maar er ligt een gewoon plaatstalen dak op. Achter in de zaal, op een verhoging, staan grote Boeddhabeelden vergezeld van enorme bloemstukken, van waar die altijd komen weet De Inquisiteur niet. Achter dit groot gebouw zijn de verblijven voor de monniken, het lijken kleine boshutjes op een rijtje, allen gemaakt in mooi uitgewerkt hout, inclusief de puntige daken met een soort pannen van hout. Her en der hangen er typische monnikengewaden okerkleurig tussen te drogen na het wassen. Binnen zijn de hutjes sober ingericht, enkel een slaapmatje, een kastje, bij sommigen hangen een paar foto’s. Op de terrasjes vooraan staat alleen een zitbank. Badkamers zijn er niet, er is een gemeenschappelijke sanitaire inrichting, erg sober, enkel het noodzakelijke.

Er hangt altijd een vredige atmosfeer over het tempelcomplex. Overal tussen de gebouwen staan hoogstammige, eeuwenoude bomen. Wandelpaden zijn uitgesleten en volgen een natuurlijke loop langsheen een beekje. Er ligt veel hout, dikke boomstammen in verschillende lengtes. Korte wortelstukken ook, sommige pas uitgegraven, sommigen onder bewerking, enkelen vrijwel gereed en dan zie je dat het een soort altaren zijn waarin Boeddha beeldjes worden geplaatst. Deze monnikengemeenschap is niet alleen verantwoordelijk voor het religieuze welzijn van het dorp, ze beheren ook vele hectaren bos. Dat doen ze erg ecologisch komt De Inquisiteur te weten. Ze staan onder nationaal toezicht en krijgen hulp van een universiteit in Bangkok. En ze werken ook aan een project: ze zijn een nieuwe gebedsruimte aan het bouwen. Volledig in hout, met eeuwenoude technieken. Geen schroef wordt gebruikt, geen enkel kunstmatig hulpmiddel.

De Inquisiteur vond pas na een jaar hier wonen dit tempelcomplex. Op een ochtendwandeling hoorde hij, ergens dieper in dat bos, zagen en kloppen. Nieuwsgierig als hij is ging hij naar het geluid toe. Een tiental monniken waren aan de slag, met de hulp van enkele dorpelingen. Grote boomstammen kunstzinnig recht aan het plaatsen als steunpalen. Niet makkelijk want ze zijn niet kaarsrecht, en toch slagen ze erin ze waterpas en op de juiste hoogte te plaatsen. Bovendien werken ze in de ogen van De Inquisiteur op een indrukwekkende manier: via een houten stellage, hoger dan de steunpalen, waardoor ze met touwen kunnen werken om de boomstammen in positie te brengen. Enkelen van die monniken blijken echte vakmannen te zijn, ze bewerken het hout fijntjes met primitieve gereedschappen, kunstzinnig snijden ze er figuren in. De hoofdmonnik houdt toezicht op alles maar is niet schuw om zelf de handen uit de mouwen te steken. De Inquisiteur zal de bouw van deze houten gebedsruimte blijven volgen de komende twee jaar.

Door zijn regelmatige bezoeken wordt De Inquisiteur een gewone gast zonder op te vallen. Altijd een vriendelijke groet, altijd krijgt hij uitleg wanneer hij zijn nieuwsgierigheid wil bevredigen. De hoofdmonnik legt graag uit hoe ze te werk gaan, en waarom ze het doen. Alles in een mix van gebroken Engels, maar vooral veel te herhalen technische Thaise woorden. De Inquisiteur had het al opgemerkt, veel monniken zijn nog erg jong, en was te weten gekomen dat ze niet voor slechts enkele maanden aan de slag bleven. Neen, dit zijn jongens met een roeping. En ze worden opgeleid in oude technieken die men niet verloren wil laten gaan. Later zullen ze over het land verspreid worden om hun kennis door te geven. Het project is zodanig bekend dat op een dag een nationaal televisiestation opnames kwam maken.

Het duurde ook niet lang of De Inquisiteur ging af en toe mee aan de slag. Dat doet hij graag, en je steekt er nog wat van op ook. Alles verbinden en verankeren met pennen of een andere oude techniek is niet makkelijk. En De Inquisiteur werd erop gewezen dat hij te ongeduldig is. Te snel resultaat wil zien. De hoofdmonnik maakte er zijn taak van om De Inquisiteur geduld bij te brengen, maar dan niet alleen bij timmerwerk. Hij trok dat door naar het dagdagelijkse leven, de man had wel door dat De Inquisiteur een nogal zenuwachtig-westerse persoonlijkheid was, nu ja, in vergelijking met hun eigen zachte en langzame aanpak van alles. Iets waar de abt goed in geslaagd is, het viel zelfs liefje-lief op dat haar westers ventje na verloop van tijd zachter werd, minder ongedurig.

Heden ten dage is de sala, of beter gezegd de gebedsruimte, gereed. Een pareltje te midden van het bos. Maar De Inquisiteur gaat nog steeds regelmatig op wandel in die bossen. Vaak met het gezelschap van de hoofdmonnik. Meestal in stilte, genieten van de omgeving, ieder met zijn gedachten. Soms in gesprek, de man is nieuwsgierig naar het leven in de westerse wereld, De Inquisiteur is nieuwsgierig naar de man zijn motieven om monnik te worden en blijven. De man is erg intelligent, grote levenservaring doorspekt met Boeddhistische wijsheden. Die hij op het niveau van De Inquisiteur overbrengt zonder al te religieus te zijn. Erg leerzaam meestal, doch De Inquisiteur is te groot levensgenieter om alles zomaar te aanvaarden en dat beseft de monnik. Beiden leven we in een totaal andere gedachtenwereld, en toch zijn we vrienden geworden. Geen van de twee beoordelen we elkaar, geen van beiden zal een woord van kritiek leveren. Hij noemt De Inquisiteur gewoon bij zijn naam, ‘Luuudiii’, De Inquisiteur noemt hem gewoon ‘my friend’.

Dat laatste was voldoende voor liefje-lief om boos te worden op haar schat. Regelmatig kom je de monniken tegen natuurlijk. Op tambuns, huwelijken, verbrandingen. De Inquisiteur blijft altijd discreet genoeg, maar soms komt de man af om te groeten. En dat gaat gewoon spontaan, dus zegt De Inquisiteur heel vriendelijk “hello, my friend”. En baf! En ferme schouderstomp van het lief. Zoiets zeg je niet tegen een hoofdmonnik.

Maar de man bedaart het lief vriendelijk en beaamt het – wij zijn gewoon vrienden geworden.

7 reacties op “Mensen uit Isaan – een monnik”

  1. psm zegt op

    Weerom een mooi verhaal, doe zo verder Luuudii !!!

  2. leppak zegt op

    Bedankt, een mooi tegenwicht voor mijn gevoelens die ik gekregen heb toen ik in grote steden en toeristische wats volgevreten, sigaretten en drank nuttigende monniken met luxe onderkomens voorzien van TV, laptop ben tegengekomen.

  3. trienekens zegt op

    Hallo inquisiteur

    Hartelijk bedankt voor dit fijn menselijk en aangrijpend verhaal . Ga vooral door.

  4. Jan VC zegt op

    Weerom een mooi verhaal.
    Ook in onze streek zijn de tempels oorden van rust, bezinning en hulp voor vele armen.
    De monniken hun tempels zijn omringd door ongerept groen en de vissen en andere dieren hebben er een beschermd bestaan.
    Ik zou nooit gedacht hebben om religie nog ooit te vertrouwen maar voel me gesterkt omdat het hier een levenswijze betreft.
    Natuurlijk zal ook hier kaf tussen het koren zitten maar om er alle aanwezige wijsheid te ontkennen, doe je deze mannen, maar ook vrouwen, zeker onrecht aan.
    De Isaan met een schat aan onontgonnen gebied!
    De Inquisiteur schraapt ze laagje bij laagje boven.
    Laat de volgende verhalen maar komen.
    Bedankt alvast!

  5. Martin Sneevliet zegt op

    Ik moest er erg om lachen, en dan bedoel ik; baf een flinke stomp, jaja ja zult het wel verdiend hebben Luuudi hahaha, maar toch een schitterend verhaal.

  6. Sylvester Clarisse zegt op

    Daar kan je alleen maar van dromen terug in de techniek en ook terug in de tijd met met je hedendaagse ideeën en je natuurlijke haast die er bij de Nederlander ingebakken zit.

  7. timker zegt op

    Weer zo’n prachtige beschrijving van hoe het echt is in “onze” Isaan !!! De tempel in ons “deel dorp” (Moo) is echter van steen en ook daar wordt voortdurend aan bij gebouwd. Maar de vredigheid heeft ook een geweldig klamerend effect op de bezoekers !!! Ook aan deze altijd wat nerveuze westerling…
    Inquisiteur (Rudi) bedankt voor dit verhaal en als zo velen wacht ik weer op het volgende pareltje !!!


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website