Van alle plannen die Pheu Thai heeft, is de verhoging van het minimumdagloon naar 300 baht het meest betwist. Dat er iets gedaan moet worden aan de kloof tussen arm en rijk in Thailand is zonneklaar.

De inkomensongelijkheid behoort tot de hoogste in de wereld. De rijkste 20 procent verdient 58 procent van ’s lands inkomen, de armste 20 procent 4 procent. Volgens de Wereldbank is de opwaartse druk op lonen onvermijdelijk, ook al omdat de werkloosheid laag is en industrieën zo’n 100.000 werknemers tekort komen.mini

De regering van Abhisit wilde het minimumloon optrekken naar 250 baht; Pheu Thai’s voorstel is drastischer met een verhoging van zo’n 40 procent. Het minimumdagloon varieert per provincie en bedraagt nu gemiddeld 165 baht.

De Thaise Kamer van Koophandel verwacht dat met name de kledingindustrie het moeilijk krijgt. Er werken iets meer dan een miljoen mensen in 4300 bedrijven.

Voorzitter Dusit Nontanakorn van de KvK waarschuwt voor een flinke afname van buitenlandse directe investeringen. Hij zegt dat Thailand het risico loopt zijn concurrentiepositie ten opzichte van andere Aziatische landen te verliezen. Het minimumloon in Maleisië is slechts 10 procent hoger dan in Thailand; in Indonesië zijn de lonen 10 tot 20 procent lager. Op de lange termijn zouden buitenlandse investeerders kunnen overwegen naar andere landen zoals Vietnam te verhuizen.

Thailand trekt jaarlijks zo’n 400 miljard baht aan buitenlands investeringen aan. Bij een verhoging van het minimumloon vermindert het met 25 procent. verwacht Dusit. De eventuele integratie van de regio in de Asean Economic Community in 2015 kan Thailand ook minder aantrekkelijk maken. Investeerders hebben voor hun investeringen een ruime keuze, dus waarom zouden ze voor Thailand kiezen als de kosten niet in verhouding staan tot de opbrengsten, aldus Dusit.

Of alle arbeiders van de loonsverhoging profiteren is iets anders. Volgens de International Labour Organisation verdiende in 2009 25 procent van de Thaise arbeiders in de verwerkende industrieën minder dan het minimumloon. Dit probleem is het meest acuut bij buitenlandse werknemers, die in industrieën werken met laaggeschoold personeel, zoals de voedingsindustrie. Het is onduidelijk of zij ook zullen profiteren van de verhoging.

Volgens Andy Hall, een expert op het gebied van migratie en arbeid, zal de verhoging zeker een factor zijn die meer migranten naar Thailand trekt. Belangrijker is echter het tekort aan arbeidskrachten. ‘Essentially, they’re coming into Thailand because there’s work for them to do.’

Sectoren met hogergeschoold personeel, zoals de autoindustrie, hebben minder last van de verhoging omdat de meeste werknemers al meer dan het minimum verdienen. Bovendien heeft Pheu Thai aangekondigd de bedrijfsbelasting te willen verlagen van 30 naar 23 procent.

Pheu Thai-leiders zeggen dat de loonsverhoging bedrijven kan stimuleren meer aandacht te besteden aan het verbeteren van de vakbekwaamheid van hun personeel. ‘It’s a good opportunity for Thailand to focus on increasing the skills of the Thai workers and moving beyond low-cost, exploitative, low-quality industry’, zegt Hall.

www.dickvanderlugt.nl

4 reacties op “Verhoging minimumloon: probleem en kans”

  1. Ferdinand zegt op

    Dit zijn interesante en onderbouwde artikelen waar we wat aan hebben om Thailand beter gte begrijpen.

  2. Bacchus zegt op

    Dat bij het verhogen van het minimumloon de buitenlandse investeringen terug zullen lopen zal ongetwijfeld waar zijn, maar is natuurlijk wel een drogreden om dit tegen te houden. De resultaten van deze investeringen verdwijnen weer in de zakken van de 20% grootverdieners of naar het buitenland; de thaise arbeider blijft weer uitgebuit achter.

    Ook in China is de afgelopen jaren het minimumloon met tientallen procenten gestegen en de buitenlandse investeerders lopen daar nog steeds de deur plat. Uiteraard ook om hun graantje mee te pikken uit die gigantische afzetmarkt, die juist blijft groeien door de toename van het (minimum)loon. Het zelfde zie je gebeuren in India. In beide landen gaat het misschien langzaam, maar wel gestaag.

    Juist dit biedt Thailand ook nog het nodige perspectief. Een stijging van de lonen zal ongetwijfeld leiden tot een stijging van de (consumptieve) uitgaven, hetgeen de economie een extra boost zou kunnen geven. Volgens de westerse theorieen leidt dit bovendien tot meer tevredenheid, wat weer zou moeten leiden tot een hogere motivatie en productiviteit.

    Je ziet in Thailand dan ook duidelijk dat de belangen van die 20% grootverdieners preveleren boven die van de armen. Je ziet dat hier ook terug in het belastingregime; de rijken betalen hier amper belasting. Ik spreek uit ervaring. Een oom van mijn vrouw is een van die grootverdieners in Thailand; vele malen miljonair, ook voor Nederlandse begrippen; maar hij weet altijd trots te vertellen dat hij slechts 15% tot 20% belasting betaald. Zo worden de rijken dus rijker en blijven de armen, zoals gebruikelijk op het zelfde niveau achter.

    • Hans Bos (redactie) zegt op

      Ik vraag me af of China en India goede voorbeelden zijn voor Thailand. In China is het verschil tussen de stedelijke en de plattelandsbevolking alleen maar toegenomen. De lonen zijn wel gestegen, maar de inflatie is zo groot dat de bevolking nauwelijks meer een hap eten kan betalen, laat staan een woning. Is dat dan het lonkend perspectief voor Thailand?
      En heb je wel eens uitgerekend hoeveel elke Thai er bij krijgt als alle rijke mensen hun vermogen verdelen? Dat neemt niet weg dat de tijd voor verandering rijp is, maar hopelijk gebeurt dat met beheerste stappen.

      • Bacchus zegt op

        De vraag is of deze inflatie het gevolg is van loonstijging of schaarste? China heeft de afgelopen maanden/jaren nogal wat “natuur-problemen” voor zijn kiezen gekregen, waardoor het voor voedsel deels afhankelijk was van import. Inflatie wordt vaak opgehangen aan loonstijging, maar kan ook het gevolg zijn van andere oorzaken, zoals schaarste. Dit “prijs je uit de markt” idee (inflatie door loonstijging) wordt maar al te vaak (en makkelijk, en graag) gebruikt om loonstijging tegen te gaan, ook in het westen. Een beetje feodale gedachte, vind ik zelf, door loonmatiging nemen de resultaten van bedrijven toe en die vloeien weer naar een paar grootverdieners.

        Dit systeem vind je in Thailand ook goed terug bij de economische ontwikkeling van de boeren. Thailand is voor zijn export naast textiel grotendeels afhankelijk van zijn landbouw (rijst/suiker) en visserij (garnalen). De afgelopen jaren zijn de prijzen van rijst en suiker flink gestegen, maar dit is niet terug te vinden bij de boeren; die krijgen al jaren bijna dezelfde prijs voor hun producten.

        Ik denk dat de gevolgen van een stijging van het minimumloon naar 300 baht (bewust) zwaar overtrokken worden, temeer daar controle op handhaving hiervan bijna niet wordt uitgevoerd. De gemiddelde Thai is blij dat hij werk heeft en hoor je zelden of nooit piepen over hun salaris. Het zou goed zijn als zij zich wat meer gingen organiseren, zodat de puisant rijken in dit land genoegen moeten nemen met een ietwat kleiner puntje van de taart voordat zij zich verslikken.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website