Onvoorwaardelijk vertrouwen in Boeddha

Door Ingezonden Bericht
Geplaatst in Maatschappij
Tags: , ,
9 februari 2022

Helaas zijn er mensen die in hun leven alleen maar tegenslagen kennen en een soort magneet bij zich dragen, waarmee ze alleen maar ellende, lossers en gespuis weten aantrekken en die mensen zijn er uiteraard ook legio in Thailand. Echter, de Thai is doorgaans zeer gelovig en heeft een onvoorwaardelijk vertrouwen in Boeddha. Een waar gebeurd verhaal van een zeer goede vriendin van mijn vrouw.

Phon, de oudste dochter van een rijstboer, groeide samen met haar twee zusjes op in een klein plaatsje in Isan. Op haar 6e ging haar moeder er met een Amerikaanse farang vandoor en liet de zorg van haar drie kleine kinderen aan haar man over. Haar man raakte door het gebeuren echter zo aan de drank, dat de zorg en de opvoeding van de kinderen al snel aan de kleine Phon werd overgelaten. Tot haar 20ste levensjaar heeft zij voor haar zusjes gezorgd en dat met een vader die elke dag stomdronken was, de boel kort en klein sloeg, alles onder kotste en uiteindelijk ook door haar moest worden verzorgd. Er waren dan ook van die momenten, dat Phon het niet meer zag zitten en de hand aan zichzelf wilde slaan, maar haar geloof in Boeddha, weerhield haar daarvan. Elke dag ging ze met haar twee zusjes hand in hand naar de tempel en bad tot Boeddha voor betere tijden.

Haar vader had heel veel rijstvelden, maar die heeft hij gaandeweg voor slechts een appel en een ei aan zijn familie verkwanseld om lao khao (Thaise whisky) te kopen. Het kon dan ook niet uitblijven, dat hij op een gegeven moment als een stuk oud vuil langs de kant van de weg dood werd aangetroffen. Hij had zich helemaal dood gezopen. Iets wat overigens met name in Isan, niet op zichzelf staat. Het komt regelmatig voor dat deze of gene zich helemaal dood zuipt en daar zitten ook vrij jonge gasten bij.

Van haar moeder die in Amerika zat, daar hoorde ze niets meer van. Ze heeft geen adres, noch telefoonnummer van haar. Ze had in die jaren wel wat steun van haar grootmoeder, maar die overleed toen ze net 15 was. Phon, stond er dus helemaal alleen voor. Het huisje waar ze met haar twee zusjes woonde, was niet veel meer dan een krakkemikkige hut. Het stond niet in het dorp, maar afgelegen aan de rand van een rijstveld, zonder licht of sanitair, alsof ze daar een stelletje melaatsen hadden weggestopt. Het hutje staat er nog en telkens wanneer ik er langs rijd, dan bekruipt mij een onbehagelijk gevoel van de ellende die zich daarbinnen moet hebben afgespeeld.

Sociale voorzieningen zoals wij die kennen, hebben ze daar niet. Heb je niets, dan ben je echt aan de goden overgeleverd. Van een menswaardig bestaan was dan ook nauwelijks sprake. Phon zorgde er echter voor, dat zij en haar zusjes te eten hadden en naar school konden gaan en ze kreeg het zelfs voor elkaar om onder die omstandigheden de middelbare school af te maken. Wat voor offers zij en haar zusjes voor een dagelijks kommetje rijst al die jaren hebben moeten opbrengen laat zich raden. Niet lang daarna overleed haar jongste zusje namelijk aan aids. Haar moeder heeft van het overlijden van haar jongste dochter, tot aan de dag van vandaag, geen weet. Ik vraag mij dan af, wat is dat voor een moeder? Ja, ze kreeg ook wat hulp van de familie die het land van haar vader had ingepikt, maar dat bestond uit leningen, die Phon tot op de cent moest terugbetalen.

Wat dat betreft kunnen ze daar spijkerhard zijn en dat is iets wat ik niet kan vatten. Het komt bij mij over, alsof een mensenleven meer of minder er niet zoveel toedoet en dat treft natuurlijk altijd de armste mensen die toch al niets hebben. Het was zaak dat Phon zo snel mogelijk aan het werk werd gezet en om de terugbetaling te versnellen werd ze door de familie aan de eerste beste farang gekoppeld, waarvan ze meer slaag dan vreten kreeg. Phon, die inmiddels was uitgegroeid tot een prachtige jonge intelligente vrouw, maar door het leven behoorlijk was gehard, pikte dat natuurlijk niet en nam samen met haar overgebleven zusje de benen naar Bangkok. Op één van de vele markten verkochten ze jarenlang zelfgemaakte sieraden. Geen vetpot, maar ze konden ervan leven.

Echter, met de liefde wilde het maar niet lukken, ze versleet de ene na de andere farang. Niet voor het geld, want het waren allemaal gasten die van haar profiteerden. Haar overgebleven zus had meer geluk, die heeft een farang aan de haak geslagen en verblijft al enige jaren in Europa.

Tijdens mijn vakantie heb ik haar na 3 jaar weer ontmoet. We hadden natuurlijk uit Nederland wat voor haar meegenomen, maar zij ook voor ons en dat heeft mij behoorlijk aangegrepen. Een zelfgebreid sjaaltje en een muts voor mij en mijn vrouw en natuurlijk ook een Boeddha beeldje, want al die jaren is zij Boeddha trouw gebleven. Zolang ik in Thailand kom, heb ik nog nooit wat van een Thai gekregen. Niet dat ik daarop zit te wachten, maar het idee dat juist zo’n arm meisje (vrouw) je ook niet is vergeten, dat raakt mij. Noem mij maar een emotionele softbal, maar zo zit ik nu eenmaal in elkaar.

Ze vertelde ons, dat ze (weer) een nieuwe vriend had, maar hij was nog wel met een farangvrouw getrouwd. Haar vorige vriendje had haar het ziekenhuis ingeslagen en deze vriend had haar vervolgens opgevangen, want verder heeft zij in Thailand ook niemand meer om op terug te vallen. Ik zie haar als een zusje van me en flipte dan ook een beetje toen ik hoorde, dat haar huidige vriend nog getrouwd was: verdorie Phon, waar begin je nu weer aan. Een paar dagen later werd ik aan hem voorgesteld en het bleek een sympathieke vent te zijn, waarmee zij al enige tijd samenleefde. Een Duitse software ingenieur, die voor Europese organisaties software applicaties maakt. Ondanks alle ellende is ze toch weer naar haar geboortestreek (Isan) teruggekeerd, waar ze sinds kort samen met hem een kantoor runt. Ik hoop echt voor haar, dat ze nu gelukkig wordt, want als iemand het verdient om gelukkig te zijn, dan is zij dat wel. Boeddha bless you Phon.

Dit is natuurlijk een verhaal uit duizenden, maar wanneer je iemand goed kent, dat grijpt je dat behoorlijk aan.

Ingezonden door Fred

– Herplaatst bericht –

5 reacties op “Onvoorwaardelijk vertrouwen in Boeddha”

  1. Vimat zegt op

    Bewondering voor Phon!!!
    Zeer mooi verhaal!

  2. Luc zegt op

    Inderdaad, aangrijpend verhaal en als je iemand kent die elke dag moet knokken om toch maar proberen ergens te komen, dan raakt zo’n verhaal je wel.
    Ik herken er één en ander in bij iemand die me nauw aan het hart ligt in Nonthaburi.

  3. Rob V. zegt op

    Mooi en aangrijpend beschreven. Nu 2 jaar verder, heeft Phon dat geluk echt gevonden?

  4. Co zegt op

    Mooi verhaal maar eerlijk gezegd geloof ik niet in het bidden tot Boeddha. Je verteld dit verhaal over drie zusjes maar wat als het drie jongetjes waren geweest dan had hier een heel ander verhaal gestaan. Als vrouw zijnde heb je toch iets te bieden wat jongens niet hebben en dat is hun voordeel. Ik zie het meer als
    “ het lot” hoe je leven er uit ziet en wat je er van maakt. En ja sommigen trekken altijd de gekste figuren aan ze zullen iets hebben waar vrouwen voor vallen maar na een tijdje komt hun ware aard naar boven en dan zijn de rapen gaar. Voor velen is het hard hier in Thailand en daar moet je heel wat voor over hebben om te overleven maar daar staat Boeddha buiten want in het algemeen is alles wat men doet niet in het Dharma wiel voorkomt.

  5. Ferdinand zegt op

    Ik zie het verband niet tussen de titel en de inhoud van het verhaal : geloof is wel een illustratie van de kracht die zetelt in onze hersenen.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website