‘De schaamte van het menselijk pretpark’

Wanneer ik vanuit mijn veranda uitkijk over de groene heuvels van Noord-Thailand, is het alsof ik naar een levend schilderij kijk. De mist hangt tussen de bergen, beneden mij slingert een stoffig weggetje zich omhoog naar een dorp van de bergvolkeren.
Dagelijks zie ik ook een parade van onwetendheid omhoog slingeren over het bergpad. Minibusjes gevuld met toeristen, met de camera’s al in aanslag alsof ze op fotosafari gaan. Ik woon al jaren in het noorden van Thailand en iedere dag bekruipt me opnieuw dat ongemakkelijke gevoel: een plaatsvervangende schaamte die ik maar moeilijk van me af kan schudden.
Neem bijvoorbeeld laatst, toen ik zelf eens naar boven wandelde om wat fruit te kopen bij een van de lokale dorpen. Een groep toeristen stapte uit en een van hen vroeg onmiddellijk aan een Hilltribe vrouw of ze even wilde poseren met haar dochtertje. De vrouw glimlachte beleefd, maar toen ik haar later sprak, bekende ze met zachte stem dat ze dit tientallen keren per dag deed. Niet omdat ze het leuk vond, maar omdat het nodig was voor haar inkomen. Ze keek me vragend aan en fluisterde: „Begrijpen ze dan niet dat wij mee dan alleen decorstukken zijn?”
Dit is precies wat mijn schaamte voedt: het besef dat toeristen het onderscheid tussen mens en attractie verloren zijn. We lijken geobsedeerd door authenticiteit, maar zodra we betalen voor authenticiteit, houden we slechts een decor over, een zorgvuldig geënsceneerd stukje cultuur. We vertrekken met een mooie foto, maar achter ons blijft een gemeenschap achter die zichzelf moet verkopen als levend souvenir.
Ironisch genoeg lijken de toeristen dit zelden door te hebben. Soms zie ik hen tevreden glimlachen als ze terugkomen uit zo’n dorp, alsof ze een spirituele ervaring hebben opgedaan. Het zou grappig zijn, ware het niet dat de realiteit zo schrijnend is. De inkomsten belanden namelijk nauwelijks bij de bewoners zelf, maar vooral in de zakken van ondernemers uit Chiang Mai of Bangkok, die slim verdienen aan onze hang naar ‘echtheid’.
Wat kunnen we hiertegen doen? Allereerst zouden toeristen zich bewust moeten worden van hun eigen rol. Wie echt iets wil betekenen voor deze gemeenschappen, kan kiezen voor initiatieven waarbij dorpsbewoners zelf eigenaar zijn van het toerismeproject. Op die manier profiteren zij rechtstreeks van hun gastvrijheid, zonder dat hun tradities worden uitgehold of zijzelf tot decor worden gereduceerd.
Terug op mijn veranda kijk ik uit over de groene heuvels en denk ik weer aan dat kleine meisje dat telkens moet glimlachen op verzoek. Ze verdient zoveel meer dan onze oppervlakkige nieuwsgierigheid. Misschien wordt het tijd om niet langer te zoeken naar het perfecte plaatje, maar naar een toekomst waarin authenticiteit weer echt iets betekent. Tot het zover is, blijf ik mij hier stilletjes schamen…
Over deze blogger

-
Mijn leeftijd valt officieel onder de categorie ‘bejaard’. Ik woon al 28 jaar in Thailand, probeer dat maar eens na te doen. Nederland was ooit het paradijs, maar het raakte in verval. Dus ging ik op zoek naar een nieuw paradijs en vond Siam. Of was het andersom en vond Siam mij? Hoe dan ook, we waren elkaar goed gezind.
De ICT zorgde voor een regelmatig inkomen, iets wat jullie ‘werk’ noemen, maar voor mij was het vooral een tijdverdrijf. Schrijven, dat is de echte hobby. Voor Thailandblog pak ik die oude liefde weer op, want na 15 jaar zwoegen verdienen jullie wel wat leesvoer.
Ik begon op Phuket, verhuisde naar Ubon Ratchathani, en na een tussenstop in Pattaya woon ik nu ergens in het noorden, midden in de natuur. Rust roest niet, zeg ik altijd, en dat blijkt te kloppen. Hier, omgeven door het groen, lijkt de tijd stil te staan, maar dat doet het leven gelukkig niet.
Eten, vooral lekker, dat is mijn passie. En wat maakt een avond compleet? Een goed glas whisky en een sigaar. Dan heb je het wel zo’n beetje, vind ik. Proost!
Zo is het, ik geef je volmondig gelijk !
Klopt. Maar toen ik hier voor het eerst kwam voor 2 weken ging ik ook mee op zon hilltribe tour. Als je hier vaker komt en langer verblijft ga je vraagtekens plaatsen bij alles wat je voorgeschoteld krijgt. Steeds meer vraagtekens overigens. Tot het hele land eigenlijk een groot vraagteken wordt.
Ik werd tijdens mijn eerste reis ook meegenomen naar een ‘dorp waarin de mensen nog traditioneel leven’ en het kostte iets om er in te mogen. Maar het is een poppenkast en de mensen zitten er voor Jan Klaassen en Katrien. Maar weet jij veel dan? Ik heb ook op een olifant gezeten en dat weet je nu ook wel beter…
Ach, wij doen net zo hard mee. In Volendam krijgen toeristen een schort om en een paar klompen voor de foto… En dan was er ook ooit nog Frau Antje…
Dit slaat werkelijk nergens op Erik, je slaat de plank volledig mis: Ach, wij doen net zo hard mee. In Volendam krijgen toeristen een schort om en een paar klompen voor de foto… En dan was er ook ooit nog Frau Antje…
Het gaat hier om Hilltribes die worden uitgebuit en geëxploiteerd door de Thaise overheid en weinig tot geen rechten hebben. Ik had van jou wel wat meer empathie verwacht.
Het verschil bij ons is dat het volkomen vrijwillig is. Met de nadruk op volkomen.
Vragen jullie zich nooit af,in welk land jullie leven?
Dit is een land waar alleen poen telt,hoe of wat,of op welke manier dat wordt gegenereerd,maakt geen bal uit.
Thailand is wat blij met deze armoede,het verkoopt prima,of het nu in de bergen plaats vindt,of in de barren in Pattaya,armoede is een hot business.
Toen ik in 1980 voor het eerst zo’n dorpje bezocht, bestond ons groepje uit vier personen. Ik denk dat er nu een groot verschil is vergeleken met die tijd.
Maar helaas is dat overal zo. In het begin had je in Thailand de pioniers (misschien in de jaren ’70), daarna kwamen de semi-avonturiers (daar reken ik mezelf toe) in de jaren ’80, en vervolgens kwamen de volgers, toen alle bekende paden eenmaal betreden waren.
Thailand is één groot pretpark geworden.
Nu begrijp ik wat sommigen bedoelen met het echte Thailand: het authentieke Thailand, dáár waar geen toeristen komen. Waar mensen, modern of ouderwets, op hun eigen manier leven.
Het authentieke Thailand dat wij zo graag zouden hebben bestaat al lang niet meer.
Maar het authentieke Nederland waar we allemaal naar verlangen bestaat ook al lang niet meer.
De vooruitgang is niet te stoppen, niet in Nederland en ook niet in Thailand.
En met de vooruitgang komt de verandering die we eigenlijk niet altijd willen.