Via Bangkok naar Vietnam

Door Ingezonden Bericht
Geplaatst in Reisverhalen
Tags: , ,
17 juli 2015

Ik schrijf dit, met een begin dat de lezer wellicht de wenkbrauwen fronsend zich zal afvragen, waar gaat dit heen. Ik nodig u uit rustig door te lezen, waarna u mij hopelijk zult begrijpen én misschien denkt, ik had zelf ook ooit een hond, kat of paard en heb hetzelfde gevoeld en deze nooit te winnen strijd zelf meegemaakt. Ik wens u een goede “lees-reis” in mijn reisverslag via Bangkok door Vietnam.

Na oudejaarsnacht en het nieuwe jaar zonder plezier, néé meer triest “verwelkomd” te hebben, werd het tijd om van mijn lieve hond YUUNDAI afscheid te nemen. Het ademen ging hem steeds zwaarder af, een inoperabele longtumor was de boosdoener, kijkend naar zijn treurige blik, deed mij besluiten om de dierenarts bij ons thuis te ontbieden.

Aanvankelijk gaf de dierenarts aan dat ik naar zijn praktijk moest komen met deze méér dan 50 kg zware Amerikaanse Buldog. Maar toen ik zei dat ik niet ging slepen met deze doodzieke hond maar hem een hondwaardig einde van zijn véél te korte leven, hij werd slechts 3,5 jaar, wenste te geven, gaf de dierenarts toe en zei ik kom er aan.

Midden in de nacht arriveerde de arts en vroeg bij het zien van zovéél emoties of wij het zeker wisten, in tranen beroerd snikten we JA, het is niet alléén onze pijn, maar nog meer de pijn die YUUNDAI heeft. Het ging niét om ons maar om HEM.
Ze haalde haar spullen uit de auto, gaf ons de tijd om afscheid te nemen, iets wat NÓÓIT lang genoeg kan duren, maar hét moment brak onherroepelijke aan, en na een eerste kalmerende injectie dommelde YUUNDAI in een coma.

Terwijl ik dit schrijf, geloof het of niet, na ruim 5 jaar biggelen de tranen wéér over mijn wangen overmand door verdriet. Misschien in uw ogen vreemd dat ik dat hier schrijf, edoch ik heb nooit van mijn hart een moordkuil gemaakt, maar ik zei het ook tegen mijn toenmalige vrouw; mijn hond is nummer één en jij bent nummer twee. Keihard maar eerlijk! Wellicht een aanzet voor haar om over onze relatie na te denken en te besluiten, daarover later meer.

Nadat de arts YUUNDAI rechtstreeks in het hart injecteerde kwam er een einde aan zijn korte bestaan én moesten wij verder met dierbare herinneringen, een lege plek in huis en vragende buurkinderen rond ons huis waarom YUUNDAI niet zoals gewoonlijk buiten kwam spelen met hen. Hou je op zo een moment maar eens overeind, dat lukte dus niet, en samen met de kinderen én gehuild én afscheidstekeningen met ze gemaakt.

Na de crematie van YUUNDAI zonder veel plezier naar de dag toegeleefd dat ik op Schiphol stond, met als doel eerst naar Bangkok en dan drie maanden onvoorbereid backpacken door Azië. In Bangkok een kamer genomen en een dag of drie wat kennissen die daar werkten bezocht en maar wéér eens de tour met de snelboot door de klongs gemaakt, wat voor mij de eerste ervaring was van een beetje thuiskomen.

Ik dacht een special te schrijven over Bangkok, maar er is al zoveel over Bangkok op internet te vinden, daar moet ik nog even over nadenken. Vanaf Bangkok gevlogen naar Hanoi in het noorden van Vietnam, tja dat heb je nou als je je reis niet voorbereid hebt, het was er ijzig koud, mistig, dus tijd om een dikke trui aan te schaffen, want die had ik mijn backpack niet meegenomen. Hanoi een stad met betrekkelijk weinig auto’s maar wel honderdduizenden scooters, die allemaal een claxon hebben én door de bestuurder onophoudelijk wordt gebruikt.

Natuurlijk wat bezienswaardigheden bekeken, maar in verband met de aanhoudende kou en de zware mist mijn eerste reisdoel Halong Bay met zijn schitterende uit het water opdoemende enorme rotsen, die gecreëerd zijn door de talloze erupties die lang geleden hebben plaats gevonden niet kunnen bezoeken. Ik denk dat die plek op de zelfde hoogt ligt als Nederland én daar was het ook koud, nee guur en mistig!

Dus afgezakt door wat voorheen oorlogsgebied was en waar de Amerikanen verschrikkelijk veel bommen hebben gedropt hebben. Waar Amerikaanse soldaten in de ochtend werden gedropt om hele dorpen uit te moorden én s’avonds weer door helicopters werden opgehaald, klaar voor de volgende missie. Een zéér véél gebruikt chemisch wapen werd ingezet, hele gebieden bestookten met het zeer gevaarlijke ontbladeringsmiddel “Agent Orange “.

De Vietcong kon men wel verliezen toebrengen maar nooit verslaan. Ik ben in onderaardse schuilkelders/ plaatsen geweest, uitgehouwen in keihard graniet, tot 50 meter onder de grond, met ziekenzalen, vertrekken voor mannen voor vrouwen. En vanuit een minuscule spleet in die rotswand van 2 cm breed en ruim een meter lang had men uitzicht over de baai én kon men de Amerikanen lang voor ze in de dorpen kwamen reeds zien en vroegen de Amerikanen zich af waar die ” spleetogen ” gebleven waren. Ik kon alleen maar respect voor de strijders van toen opbrengen. De trofeeën in de vorm van op de Amerikanen verovert oorlogsmaterieel is op vele plaatsen te bewonderen terwijl het langzaam een verroeste dood aan het sterven is!

Aangekomen in de kustplaatsen Vin en Ha Think met de zeer vele vissers boten, die je wel doen afvragen op welk moment de water hier en verderop volkomen leeg gevist zal zijn. Allemachtig wat een armada van kleinere maar ook zeer grote schepen, die meer op varende fabrieken lijken dan op een gewone vissersboot. Op de kades rond de haven, immense hoeveelheden visolie is in honderdtallen opgeslagen in grote 500 liter aardewerken vaten. Godallemachtig wat een meur, maar ja, als het rijpingsproces, of moet ik zeggen rottingsproces voltooid is dan heb je ook wat.

Hoe het wordt verkregen? Want ik kan nauwelijks zeggen gemaakt wordt, nou éénmaal per jaar tijdens het visseizoen wordt ansjovis (of een andere verwante vissoort) gefermenteerd in pekelwater in die grote in de brandende zon staande vaten. Door de grote hoeveelheden zout die wordt toegevoegd wordt vocht onttrokken uit de vis. Na drie maanden in het vat wordt er het eerste “vocht” aan de onderkant van het vat afgetapt. Dit wordt vervolgens terug gegoten aan de bovenkant van het vat. Hoe langer het fermentatieproces plaatsvindt des te meer is de vis zelf verteerd, wat van invloed is op de “smaak” van het vocht. Na circa zes maanden is de vis voldoende gefermenteerd; het vocht wordt afgetapt en gefilterd en kan als basis dienen voor de productie van de vissaus. Vaak worden er nog kruiden en pepers toegevoegd voor het eindresultaat. Niet te versmaden in de Aziatische keukens en in Thailand Nam Plá genoemd.

Na een aantal dagen reizen wat rust gevonden in Hué in een aan de zee liggend klein resort mét zwembad en dat tegen een zeer lage prijs. Wat een luxe voor weinig geld de heerlijkste maaltijden voorgeschoteld krijgen, niet wetende dat het Chinese nieuwjaar de prijzen drastisch zouden opstuwen op basis van weinig plaats én zéér veel vraag. Toen de eigenaresse mij zei dat óók voor mij de hoge prijs ging gelden, dacht ik even, of ik timmer haar ter plekke in elkaar of ik start een charme offensief om te kijken wat ik kan bereiken. Toen ik aangaf dat ik niet wilde vertrekken maar nog een aantal dagen meer wilde blijven, tegen de prijs die ik eerder betalen zou, kreeg ik het toch voor elkaar om tegen ietsiepietsie meer een deal te sluiten. Extra aardig zijn, soms een speelse tik op een bil gevend gevolgd door een vette knipoog was blijkbaar genoeg, voor deze uitbaatster. Ik moest wel verhuizen van mijn zeezicht hut naar een hut/ hotelkamer aan de straatkant, met een aan de overkant van de weg liggende discotheek die door veel buitenlanders bezocht werd.

Daar ontmoete ik weer een in Hanoi al eerder ontmoette Tsjechische, die net als ik aan het backpacken was, na de nodig drankjes en het wat tegen elkaar aanschuren nam ik afscheid omdat zij de volgende dag verder zou reizen. Vanwege de genuttigde drank viel ik als een blok in slaap, wellicht of niet, mijn redding voor die nacht, want op een aan mijn deur vastgeplakte brief vond ik de volgende ochtend dat ze in de nacht terug gekomen was van haar hotel naar mijn kamer om “gezellig samen de nacht door te brengen”. Soms maakt drank toch minder kapot dan je denkt, ik was immers nog getrouwd, achteraf denk ik had ik het maar geweten wat mij boven het hoofd hing bij thuiskomst!

Maar even over Hué, Hué was van 1802 tot 1945 de keizerlijke hoofdstad van Vietnam. Het keizerlijk bestuur van Vietnam woonde in die periode in de citadel, gelegen in het noordelijke gedeelte van de stad. Hué ligt op de voormalige grens van Zuid- en Noord-Vietnam. Hierdoor heeft de stad zowel tijdens de onafhankelijkheidsstrijd als tijdens de Vietnam-oorlog zware schade opgelopen. Ook een flink aantal mooie oude gebouwen in Hué zijn daarbij beschadigd. De belangrijkste bezienswaardigheid in Hué is Tu Cam Thanh; de Verboden stad.

Deze kleine stad in de stad zelf was vroeger het privé terrein van de keizerlijke familie en was toen niet toegankelijk voor het gewone volk. Tegenwoordig is het terrein wel open voor publiek. Je kunt hier onder meer de paleizen bekijken waarin de keizerlijke familie leefde. Iets ten zuiden van Hué liggen de Keizerlijke Graven. Er heerste blijkbaar een trend onder Vietnamese keizers om extravagante laatste rustplaatsen te bouwen want de ene tombe is nog mooier en groter dan de andere. Vooral de tombe van Tu Duc is heel mooi.

Mijn “tic” is het bezoeken van begraafplaatsen of dat nu op Terschelling is, de Ardennen of in Frankrijk of Griekenland óók hier moest ik DE begraafplaats bezoeken. Ja ik schrijf DE met hoofdletters omdat ik nog nooit zo een enorm uitgestrekte op heuvels gemaakte begraafplaats heb gezien, kilometers lang en honderden meters breed, graven van toen en weleer, maar ook pas gedolven alles door elkaar. Ommuurde stukken grond, voor de toekomst gereserveerd voor de een of andere rijke familie, tombes van katholieken, christenen, alle gezindten door elkaar. Graven voorzien van swastika’s, kruizen maar ook Jezus afbeeldingen en hier en daar draken en een enkel boeddha.

Nooit had ik een naar waarschijnlijkheid honderdduizend of veel meer graven tellende en zo een imposante laatste rustplaats voor lui van alle gezindten mogen betreden. Én ik was niet de enige bezoeker, ook koeien, geiten én schapen evenals zwerfhonden, dwaalden rustig tussen al deze niet meer op aarde verkerende rond.

Ook de stranden in Hué zijn er heerlijk om te wandelen, véél palmbomen geven het een zeer tropische aanblik, de locale bevolking heeft er eenvoudige uitspanningen gecreëerd, waar je heerlijk kunt genieten van het in de ochtend gevangen zeebanket. Wat mij wel opviel dat lange netten in de avond de zee werden ingebracht, vervolgens bij het ochtendgloren met man en macht naar het strand werden getrokken. Hierbij niet alleen veel vis, krabben en ander levend spul, maar ook een enorme hoeveelheid afval opvissend. Wat mij zeer verwonderde was dat nadat “de buit” was binnenhaalden het afval op het strand achterbleef en bij vloed wéér in de zee afgevoerd werd en de volgende ochtend wéér in de netten én dus op het strand werd gedumpt. Maar ja ik ben maar een gewone buitenstaander.

Verder reizend met gammele bussen in de hoop de juiste te treffen, want ik vind dat er daar weinig Engels gesproken wordt, onderweg via Dauang en Qui Nhon wat weggedommeld en via Nha Trans naar Mui Ne. Mui Ne is duidelijk toeristisch en makkelijk te bereiken van uit Ho Chi Minh City. Mui Ne met zijn enorme woestijnachtige zandduinen, maar ook zijn strandactiviteiten zoals kite surfening in deze baai van de Zuid Chinese Zee, leuk voor een dag maar dan heb ik het ook wel gehad.

Ho Chi Min City, wat een grote en zéér drukke stad, gelegen in het zuiden, er slechts één dag gebleven, om iets te eten en te slapen en dan de volgende dag weer in de bus, richting kust waar de boot naar Phu Quoc te vinden was.

Ja de aanlegplaats was er wel je kon ook wel vast een ticket kopen maar de vertrektijd leek afhankelijk van het aantal passagiers en kon nog wel even duren. Dus wat heen en weer geslenterd, wat eten van voor mij onbekende oorsprong te hebben genuttigd, een drankje drinkend en wachten.
Wat het eten betreft, ik heb heel wat lekkernijen en soms ook iets mindere gegeten zonder ziek te zijn geweest, wel had ik een aardige voorraad medicijnen bij mij die mij in geval van nood, uitkomst moesten bieden. Het is aan te raden tevoren de apotheker of dokter en ook internet te raadplegen om zodoende beter met te veel dan met te weinig medicijnen en antibiotica te vertrekken onder het motto in de “rimboe” is geen apotheek! Tja de boot vertrekt!

Omdat Phu Quoc toen nog bekend stond als een eiland waar rust en schoonheid te vinden was, met parelwitte stranden, met de boot de oversteek van zo een 80 km gemaakt na aankomst op Phu Quoc wat in de “havenplaats” te hebben rondgebanjerd en denkend ga ik die kant of die kant op, heerlijk zo onbekommerd te kunnen reizen. Op Phu Quoc een lift gekregen met een voor mij onbekende bestemming, ik zou wel zien waar ik uitkwam, no hurry. Echter halverwege het eiland zag ik een bord met ” hotel restaurant én parelvisserij “, daar maar uitgestapt en poolshoogte gaan nemen. Een kamer op het strand, 15 meter van de zee tegen een bijzonder lage prijs, ook de menu kaart nodigde mij uit om te gaan proeven, dus daar gezegd te willen blijven voor een dag of 4. Na onder het genot van een drankje wat kennis gemaakt met de twee eigenaren van Engelse en Australische afkomst, die mij vol trots hun “parelvissers museum” lieten zien.

Daar werden mij prachtige parels getoond in zoveel verschillende kleuren, terwijl ik altijd dacht aan die heerlijke tutten met hun collier van witte al dan niet nep parels, niks van dat al, parels van zalmkleurig tot bijna zwart aan toe. Op internet is op dit moment in het kader van persoonsbescherming helaas weinig tot niet meer te vinden over deze parelkwekerij waar ik een aantal dagen te gast mocht zijn. Deze kwekerij een paar kilometer verwijderd van de kust waar de schelpen aan draden zoals de mossels in Zeeland, was een aantal malen het doelwit van rovers.

Doch de kalasjnikov’s die mij getoond werden, schijnen wonderen te hebben verricht. Zo gauw als er onraad gesignaleerd werd door de met nachtkijkers uitgeruste twee eigenaren en bewakers, gingen ze met een speedboot en hun wapens naar de plek des onheils. Onheil in ieder geval voor de rovers, want na een aantal salvo’s en zeker wetend dat er géén overlevende waren, voeren ze terug en direct naar de dichtstbijzijnde plaats om éven in het locale café of restaurant rond te bazuinen dat ze net ” een probleempje op de kwekerij ” hadden opgelost. Mooi stel, niet ongevaarlijk, maar voor mij zeer gastvrij.

Na een paar dagen jammer genoeg van de gastvrijheid afscheid genomen en naar Duong Dong gelift, waar de boot lag die mij 80 km terug naar de vaste wal zou brengen.

Ik had ondertussen de keuze gemaakt al bladerend in “the Lonely Planet” om een aantal dagen in de Mekong Delta door te brengen. Niks auto’s, niks bussen, niks grote ferry’s, niks luxe, niks electra, gewoon simpele verblijven annex restaurants die al dan niet bereikbaar waren, geheel afhankelijk van het getij, eb of vloed met zeer smalle houten bootjes. De verlichting werd door olielampen verzorgd die zéér aantrekkelijk waren voor hordes muggen, dus, sokken aan, schoenen aan, lange broek én als je geluk had nog ergens een shirt met lange mouwen. Ook dit bleek niet genoeg en er moest dus druk met het één of andere anti muggen spul van onbekend merk én geur gesmeerd worden, en mouwen en broekspijpen dichtgeknoopt. Wat een rust, het tsjirpen van de krekels, was het enige dat die rust verstoorde, liggend onder mijn klamboe en luisterend naar de stilte en soms het geluid van een gekko.

Ik heb in die dagen genoten van een boottocht door die kreken, een fietstocht van het ene eiland naar het andere waarbij mijn achterwerk na twee dagen vertelde dat er NIET meer op gezeten kon worden, dus de fiets eerd aan de kant gezet. Fraaie wandeltochten die de natuur in zo een delta van haar beste kant liet zien.

Edoch óók hieraan kwam een eind en een luttel uren later kwam de grens van Cambodja in zicht en verliet ik een tikkeltje weemoedig Vietnam wat een heerlijk land om te backpacken. Tja ik zal mij wederom moeten zetten om diep in mijn geheugen gravend, soms geholpen door Wikipedia of anderszins mijn reisverhaal over Cambodja aan mijn iPad toe te vertrouwen. Foto’s zijn NIET van mij, die waren opgeslagen op een harde schijf en ben ik ergens kwijtgeraakt, gestolen, ach ik heb de herinneringen toch nog.

8 reacties op “Via Bangkok naar Vietnam”

  1. Wim zegt op

    Wat een heerlijk verhaal. Dit doet mij toch wel weer met enige weemoed terug denken naar een eerdere reis door Vietnam. Wat je hond betreft, ik kan mij het verdriet volledig voor stellen. Het schijnt ook zo te zijn dat je je beter aan een dier kunt hechten dan aan de mens.

  2. NicoB zegt op

    Yuundai, ik had zoals je zegt ook ooit een hond, heb hetzelfde gevoeld, meerdere keren zelfs.
    Kazan, de wolfshond, op verzoek van de dierenbescherming overgenomen op de leeftijd van 1/2 jr., moest als ik hem niet nam afgemaakt worden. Het is een lang verhaal, heeft niets van doen met Thailand, behalve dan dat nu ik in Thailand woon 4 honden heb.
    Kazan was gek gemaakt door de oude eigenaar, het heeft een jaar geduurd, tegen de verwachtingen in werd Kazan bij mij weer normaal en hoe, een geweldige en sterke hond. Kazan heeft moeten inslapen toen hij maar liefst 14.1/2 jr. was, om dezelfde reden als waarom Yuundai moest inslapen.
    Ook al is het met Kazan tientallen jaren geleden, dezelfde gevoelens als jij gehad, de tranen springen me opnieuw in de ogen nu ik dit schrijf.
    Ook al gaat het ” maar ” om een hond, als je de liefde gevoeld heb van de hond naar jou en de hond van jou, dan begrijp ik je gevoelens helemaal, geen trouwer maatje dan je hond.
    Later meer honden gehad, ze waren en zijn me allemaal nog even lief, wat een geweldige vrienden.
    Fijn dat je dit zo open hebt willen delen op Thailandblog, dankjewel.
    NicoB

  3. NicoB zegt op

    Los van mijn vorige reactie, mooi uitgebreid verslag van je trektocht door Vietnam, hoop dat je er baat bij vond. Bij thuiskomst wachtte je kennelijk een verrassing, ben benieuw hoe dat afgelopen is, je lijkt te beloven dat je daar een andere keer over schrijft?
    NicoB

  4. Mr. Thailand zegt op

    Toevallig dat ik ook binnenkort naar Vietnam op reis ga.
    Wat me wel wat opviel: je hebt Hoi An niet gedaan?

    • YUUNDAI zegt op

      Ik reisde nieuwe ervaringen en indrukken opdoende. Dat betekende tevens keuzes maken, zoals waar ga ik naar toe, waar blijf ik een aantal dagen hangen zoals in Hué en Phu Quoc en de Mekong delta. Landen kan je ondanks de ruime tijd die ik nam voor de totale trip niet gehéél doorspitten. Hoor graag wat jij bijzonder vindt én waar je geweest bent.
      Groet YUUNDAI

  5. Ron Bergkotte zegt op

    Yuundai ik begrijp volkomen hoe je je hebt gevoeld m.b.t tot je hond, wij hebben ook zoiets meegemaakt :
    In November 2007 begon onze als puppy in 1994 in Roemenië gevonden hond te sukkelen met zijn gezondheid, diverse bezoeken aan de dierenarts en een echo mochten niet baten.
    Uiteindelijk op 20 December (4 dagen later zouden wij naar Phuket vliegen) weer naar de dierenarts, aldaar op de behandeltafel en half in mijn armen blies hij zijn laatste adem uit. Hartstilstand concludeerde de arts, niets meer aan te doen. Enfin, kistje laten maken, hondje begraven in de tuin en mooi grafje gemaakt.
    Zin om nog naar Phuket te gaan hadden wij niet meer maar omdat de stilte in huis te snijden was zijn wij toch maar gegaan.
    25/12 aangekomen in Phuket gingen wij naar onze vaste plek op Patong Beach, na verloop van tijd kwam een verkoopster met fruit langs die wij al jaren kenden, hoe gaat het, nou zei mijn vrouw, niet zo goed want ons hondje is pas gestorven. Ja ja zij de vrouw, pakte haar spulletjes en liep door.
    Enkele dagen later zag ik haar weer bij de ingang van het strand met een groepje farangs praten, op een gegeven moment begonnen zij te huilen, sloegen de armen om elkaar heen en stonden zo een tijdje.
    Wat later vroeg ik aan een vrouw van een eetstalletje op het strand wat dit was, oh zei ze, 2 weken geleden is haar zoon toen hij ‘savonds op de motorbike van zijn werk kwam dood gereden, 28 jaar, good boy. Hij had kort daarvoor een puppy op straat gevonden en die ligt nu de hele dag bij de deur op hem te wachten. Je ziet, het kan altijd nog erger. Ron.

  6. kjay zegt op

    Met plezier gelezen. Vietnam is Thailand allang voorbij gestreefd, Misschien niet in aantallen, maar zeker in schoonheid! Kwestie van tijd dat men dit ook gaat inzien.

  7. YUUNDAI zegt op

    Ron, Nico,
    Bedankt voor jullie medeleven. Gedeelde smart zeggen ze is halve smart! BEHALVE als je zo een makker verliest, na korte of heel lange tijd, het verlies komt altijd te vroeg én is nooit halve smart!
    Ik heb nu al bijna 5 jaar een zwerfhond van het strand, geadopteerd hij heet Bank is een Thai Ridge Back. Zal daar binnenkort ook een verhaaltje aan wijden.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website