Een Isaan leven (deel 11)

Door De Inquisiteur
Geplaatst in Isaan, Leven in Thailand
Tags:
24 maart 2017

De Inquisiteur heeft nu een unieke kans om een modaal leven van een kleine Isaan-familie te volgen. De broer van liefje-lief. Een typisch Isaan leven, de ups en downs, waarschijnlijk met als hoofdzaak: hoe in deze kansarme streek een leven op te bouwen? Tijd voor een vervolgverhaal, De Inquisiteur neemt U mee naar het verleden, in een moderne tijd, in een wat zichzelf een modern land noemt.

Een Isaan leven (11)

Piak is en blijft een zoon van Isaan. Dicht bij de natuur, leven van wat de natuur hem biedt. Met af en toe een onweerstaanbare drang om de omgeving in te trekken, om te gaan dolen, te observeren. Wil en moet hij even uit zijn dagelijkse sleur. Liefje-lief, zijn zuster, herkent zijn gedrag wanneer het zover is. Piak wordt rusteloos, begint aan zijn job, laat die snel in de steek om wat anders te doen, herbegint weer maar het gaat niet lekker. Op hem inspreken helpt dan niet, je kan hem herinneren aan zijn plicht om voor zijn gezin te zorgen, je kan hem gouden bergen beloven, het maakt niet uit. Die avond vraagt hij of hij onze honden mag lenen. Dat zijn drie stevige grote beesten, goed gevoed, sterk. Jong genoeg om enthousiast te zijn, oud genoeg om hun instincten te herkennen.

De volgende ochtend komt Piak Lin-Lin, Carrot en Farang ophalen. Vier uur ’s ochtends. Woedend geblaf gaat over in vrolijk gekerm. Alsof ze weten dat ze kunnen gaan dolen, ver weg, veel verder dan hun eigen nachtelijke tochten waar ze, in hun roedel van drie, al werden opgemerkt door klanten die op zo’n vier kilometer afstand wonen. Piak is volledig uitgedost : lampje op het voorhoofd, zijn ouderwets geweer met stampstok, een waterdichte buidel met kruit en loden bolletjes, een grote schouderzak waar de toekomstige buit in zal verdwijnen. Van de regen trekt hij zich niks aan ondanks de teenslippertjes.

Hij trekt noordwaarts uit het dorp, daar, op iets meer dan een uur stappen, beginnen oude, ongecultiveerde bossen. Beschermd, dus er wordt nauwelijks wat omgehakt, er wordt nooit wat afgestookt. Maar ook dicht begroeid, niet alleen bomen maar ook veel struikgewas. Je mag er eigenlijk niet in, het is omheind, er staan waarschuwingsborden, er zijn zelfs twee gebouwtjes waar af en toe bewakers zitten. Maar Piak kent voldoende plekken om onopgemerkt het woud in te gaan, op sommige plaatsen is de omheining onderbroken. En zo vroeg in de ochtend, het blijft zachtjes regenen, zijn er geen bewakers.

Het woud heeft wat griezeligs zo in het duister. Hoge loofbomen, tropische boomsoorten, palmbomen, alles wisselt elkaar af. Kronkelende parasiet planten die hun gastheer totaal overwoekeren. Wilde orchideeën, wat verder enorm grote bloemen die nu dicht zijn, wachtende op zonlicht. Piak volgt een klein riviertje dat kronkelend doorheen het bos meandert, de eerste regens zijn niet voldoende om het waterpeil terug hoger te brengen, er staat slechts een kleine dertig centimeter water in. Kristalklaar, zachtjes stromend, zacht oplopende oevers waar veel rotsblokken liggen, af en toe een boom die omviel maar overleefde en nu horizontaal over het water verder groeit. Het is, buiten het ruisen van de regen, voorlopig stil in het bos. Zoetwater krabben zijn de eerste prooien. Van piepklein tot redelijk groot. Piak tovert uit zijn schoudertas een fuik van geweven staal en vult deze beetje bij beetje. De krabben zijn een makkelijke prooi, na een halfuurtje is de fuik volledig gevuld, goed voor een stevige maaltijd.

De beginnende ochtendschemering zorgt voor een feeërieke sfeer, het rivierwater is als een spiegel waar kleine lichtjes op schijnen. De eerste geluiden komen boven, uiteraard de eeuwige krekels, maar ook vogels beginnen zich te laten horen. Maar je kan ze nog maar nauwelijks zien, dus gaat Piak op zoek naar kikkers. Eetbare soorten uiteraard, doch Piak herkent ze allemaal. Soms laat hij een groot en kleurrijk exemplaar gewoonweg zitten, een volgende maal slaat hij snel toe bij wat kleinere exemplaren. Die gaan weer in een ander soort fuikje dat ook al in zijn tas zat. En wanneer hij een <pla doek> spot ergens in de modder, laat hij die ook niet liggen. Die gaat gewoon bij de kikkers, ook de volgende drie onvoorzichtigen die zich lieten betrappen, Piak heeft een scherp zicht.

Een kleine opening tussen de hoogstammige bomen is het sein om even te verpozen, en zie, daar verschijnen de honden. Ze waren wel hoorbaar van op afstand, maar niet echt zichtbaar aanwezig. Die deden hun eigen ding waarschijnlijk, krabben en kikkers kunnen hun nu eenmaal niet bekoren. Lekker relax vleien ze zich naast Piak in het gras dat hier kan groeien. Piak zit te genieten, geen pratende mensen in de buurt, enkel omgeven door de natuur. Dit is wat hij nodig heeft. Het maakt hem niet uit dat de regen een beetje roet in het eten gooit. Want nu laten de vogels en ratten zich niet zien. Piak merkt wel de kleine holen aan de rivieroever, maar je kan die nu niet open maken, door de afhellende oevers stroomt er onmiddellijk water in, de ratten vluchten naar hogere delen in hun doolhof maar komen niet naar buiten.

Na een kwartiertje rust gaat het verder en Piak verlaat de rivier via een hele grote bocht, terug richting de rand van het bos. Nu is de ondergrond wat droger, het regenwater is nauwelijks in de bodem gedrongen, het zorgt enkel voor die speciale natte humusgeur. Telkens weer vindt hij wel wat, een kruidensoort voor het opsmaken van voedsel, een andere soort om te drogen want geneeskundige eigenschappen. De honden maken ook meer lawaai, de reptielenwereld komt tot leven, de zon komt er door want het is gestopt met regenen. Regelmatig staan de viervoeters woedend te blaffen naar een hoop dor hout, naar holen in de grond, naar een verzameling rotsblokken. Heel af en toe ziet Piak iets van een slang, maar de zon heeft nog niet voldoende kracht op hen op te warmen, bovendien zijn de beesten slim genoeg om niet te reageren op de uitdaging van de honden.

Toch heeft Piak geluk : ergens tegen een grote reeks rotsblokken aan is een rattenhol. En de beesten kunnen niet weg via een achtergang, geblokkeerd door die rotsen. De honden spotten de plek het eerste en zijn er niet van weg te krijgen. Piak pookt met een stevige stok in de zichtbare holen, en jawel, in paniek schieten de ratten weg. Een hele kolonie, teveel om allemaal te kunnen pakken, het geweer is ook te ouderwets want het herladen duurt te lang. Dus tikt Piak de ratten met een houten stok tegen de kop, niet te hard, maar voldoende om ze te vellen. En zie, de honden hebben inderdaad instincten : ze pakken ratten bij de vleet, maar na de beet laten ze die liggen en gaan op zoek naar meer. Zestien stuks komen zo in een plastic zak terecht, dat is veel, het was dan ook een groot rattenhol en er zijn voldoende exemplaren ontsnapt om de kolonie voort te zetten.

Stilaan komt Piak aan de rand van het bos, hij kijkt even of er geen problemen te verwachten zijn, en wandelt vervolgens stevig huiswaarts door de velden. Je kan zien hoe snel de natuur reageert op de regens : overal verschijnt er jong groen, de dorheid is vervangen door vruchtbaarheid. Wanneer er nog zowat een halfuur te stappen is, schieten de honden door, die ruiken en horen reeds hun thuis.

Ondanks de tocht is Piak niet echt veel vrolijker geworden. Het is terug beginnen te regenen en de huiselijke omstandigheden lijden eronder. Alles is vochtig, het beddengoed, alle kledij. De rode aarde wordt overal rondgedragen, hun voornaamste leefruimte tijdens de regens, de buitenkeuken, heeft geen cementen vloer, geen zijmuren en alhoewel het overdag meer dan warm genoeg is, brengt dat na zonsondergang wel te veel afkoeling met zich mee, het tocht. Taai heeft zo ondertussen al een stevige verkoudheid opgelopen. Voor de rest van de dag kan Piak zich niet herpakken, enkel de koeien krijgen hun zorg en de buit wordt etensklaar gemaakt.

Piak heeft zo van die dagen vertelt liefje-lief ’s avonds in bed aan De Inquisiteur. Al van toen hij jong was. En net zoals ze onverwacht opkomen, gaan ze even onverwacht weer weg en is hij weer zijn eigen vrolijkheid zelve. De Inquisiteur kan daar wel inkomen, het is te begrijpen. En zeurt helemaal niet over het feit dat Piak al twee dagen niet meer aan het magazijntje gewerkt heeft. Dat komt er wel.

NB: De Inquisiteur was aanwezig op deze tocht, maar heeft het proberen te schrijven vanuit het inzicht van Piak.  Een verder vervolg van deze reeks moet even wachten. Eerst een poosje observeren en noteren.

8 reacties op “Een Isaan leven (deel 11)”

  1. Tino Kuis zegt op

    Ik zou het wel heel leuk vinden een foto te zien van Piak en Taai! Ze zijn tenslotte bijna familie van de bloglezers! Vraag het eens aan hen……..
    De naam Taai betekent niet ‘dood gaan’, dat is ตาย met een middentoon maar ต่าย met een lage toon, verkort van kràtàai, ‘Konijntje’ dus. Piak zal wel ‘nat’ betekenen.
    Ik probeer altijd de betekenis van namen te achterhalen, zo grappig!

  2. Jack G. zegt op

    Ik vraag me af wat de schrijver die avond heeft gegeten. Rat van het spit? Of rattensoep? Gewokte rat met spinazie?

  3. Peter Niessen zegt op

    leuke verhalen in prettige stijl 🙂

  4. Georges zegt op

    Ik heb een schoonbroer hier, als hij een rat heeft gevangen: ‘grande fiesta’. Ze smullen ervan.
    Maar die verhalen van de inquisiteur; prachtig.
    Ik zie er naar uit bij het openen van de blog. Nog eentje.

    Dank je wel

    Georges

  5. John Wittenberg zegt op

    Met een intens genoegen lees ik alle verhalen van De Inquisiteur.Ik woon het grootste gedeelte van het jaar in stedelijk Thailand.Ik heb nu een veel beter inzicht gekregen over het leven van de Thai in Isan.De Inquisiteur heeft allengs een schrijfstijl ontwikkelt die tot steeds grotere literaire hoogte leidt. Waardoor hij zijn genoegen tot meer schrijven gelukkig paart aan mijn intens genoegen het te willen lezen.Dank U rechthartelijk Inquisiteur voor uw prachtige verhalen.Ik wil u graag prijzen zodat u doorgaat met schrijven.

  6. Paul schiphol zegt op

    Dit helaas voor naar wens korte tijd voorlopig laatste verhaal, leest als een roman. Niet alleen de inquisiteur liep op deze toch mee, nee ook wij lezers. Subliem, dat er nog vele observeringen mogen volgen. Chapeau!

  7. Harmen zegt op

    Een vraag aan de inquisiteur,heeft taai mischien interesse in een vaste baan?? het handelt zich om een oppas baan, nu weet ik niet waar u woont ik zelf vlak bij kantharalak misschien is dat te doen, vast salaris en kost en inwoning uiteraard , voorlopig voor 5 dagen per week en het weekend vrij.mocht er interesse zijn kunt u me mailen naar [email protected].
    details volgen dan in de email.
    bvd. harmen.

  8. Rene Chiangmai zegt op

    Het is mij elke keer weer een plezier om je verhalen te lezen.
    Ik denk dat je er ook heel veel mensen een plezier mee doet die niet reageren.
    Ga zo door!


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website