Slangendorp in Isaan
Jaarlijks ontvlucht ik Songkran en vaak ga ik richting Surin of Roi Et. We hebben afgesproken om zes uur ‘s ochtends te vertrekken en mijn Thaise reisgenoot is een man van de klok. Al voor zessen hoor ik zijn auto.
Ik moet me haasten. We nemen een alternatieve route van kleinere wegen, te beginnen met Soi Huay Yai. Twee dingen vallen op dit tijdstip op. Een laaghangende ochtendnevel, die het uitzicht soms behoorlijk dwars zit. En het feit dat ontwakende honden kennelijk nu een ochtendwandeling maken. Beide verschijnselen geven me geen ontspannen gevoel.
De haast bij het vertrek is vermoedelijk de reden dat ik 200 kilometer verder onthutst constateer dat ik mijn bril thuis heb laten liggen. Een koffertje met zeven boeken, met cryptogrammen, kakuro’s en sudoka’s en geen leesbril. Mijn paniek duurt maar even, want ik heb gelukkig een reservebril bij me. Die zoek ik op en gelukkig vind ik snel het kleine bijna vierkante doosje met een volkomen opklapbaar exemplaar. Alleen heeft het weer de glazen aangetast. Niets door te zien. Nu voel ik me echt ongelukkig.
Tot ik me herinner dat ik jaren geleden met Corrie Bik bridgede. Zij gebruikte een uiterst klein leesbrilletje. Glazen van driekwart centimeter bij drie centimeter. Het geheel paste, dichtgeklapt, in een dunne metalen koker. Ik vroeg hem te passen en merkte dat de glazen precies mijn benodigde sterkte hadden. Zonder bijbedoeling sprak ik mijn bewondering uit voor dit handige apparaatje. Corrie zei onmiddellijk, dan mag je hem hebben, ik heb er nog meer thuis. Dit dunne kokertje heb ik daarna in het geheime vakje aan de binnenkant van een buiktasje verstopt en daar was het sindsdien nooit meer uitgekomen. Ik haalde hem te voorschijn en ik was gered. Dit tochtje zou ik kunnen lezen.
Om twee uur bereiken we hotel Thong Tarin in Surin (880 Baht inclusief een prima ontbijt). We lunchen en mijn reisgenoot gaat naar vrouw en kinderen in een dorp 60 kilometer van hier. Ik doe het verder rustig aan. Cryptogrammen, andere puzzels en Villa des roses van Willem Elsschot. De volgende dag hetzelfde patroon, maar nu met De ontgoocheling van Elsschot. Mijn reisgenoot komt terug en we eten ’s avonds in de grote tuin voor het hotel, aangenaam gemaakt door Countrymuziek.
De volgende morgen lees ik ‘De verlossing’. Het zal duidelijk zijn dat ik de verzamelde werken van Willem Elsschot bij me heb. Ik heb ze aangeschaft nadat ik de biografie van Vic van der Reit over hem gelezen had. Die biografie vond ik niet zo interessant, maar ze bracht me wel tot het inzicht dat ik nauwelijks werk van deze bekende schrijver tot me genomen had. Hoogtepunt in beschrijving en humor zijn ongetwijfeld Lijmen. Het daarop volgende Het been vond ik minder. Daarna de absolute top met Kaas. Daarna volgt goed, maar minder werk. ’s Avonds eet ik in het restaurant van het hotel een Filet Mignon. Bijna grappig, hoe slecht de Westerse keuken hier is. Een compleet wanproduct.
Na nog een dag lezen en puzzeldenkwerk, komt mijn reisgenoot zeven uur in de ochtend terug om te vertellen dat hij zijn tas met kleren vergeten is. Dus gaan we eerst terug naar zijn dorp. Na een uur rijden belt hij zijn vrouw, die vertelt dat zij zojuist een ziekenhuis verlaten heeft, waar haar jongste spruit, van enkele maanden de nacht heeft doorgebracht wegens hoge koorts. Ze willen net achterop de motor van een vriendin stappen. Ook hun vierjarig zoontje. Zo vat je uiteraard kou, dus onze komst komt goed uit. We blijven maar kort in het dorp, bestaande uit één straat. Aan de ene kant wonen zijn ouders en familie, aan de andere kant die van zijn vrouw. Alles overzichtelijk. Ik maak een gezinsfoto en daarna vertrekken we naar Roi Et, waar we om één uur onze intrek nemen in het Phetcharat Hotel (660 Baht).
Een dag zwembad. Mijn reisgenoot vertelt me dat hij een kennis van mij uit Pattaya in de eetzaal heeft gezien. Dit is Louis Kleijne, die in Pattaya bij mij in de buurt woont en wiens vrouw, Mout, uit deze provincie afkomstig is. Vandaar dat zij vaak in dit hotel verblijven. ‘s Avonds eten we in een nabijgelegen restaurant met de naam 101. Een grote tuin met talloze tafels, die praktisch allemaal bezet zijn. Er speelt een bandje, dat op buitengewoon enthousiaste wijze oude Thaise popmuziek brengt, maar, meer opvallend, bekende country en western muziek. De samenstelling van de band is heel bijzonder. Afgezien van de gebruikelijke gitaren en het elektronische orgel, bespeelt een oude bebaarde Thai de viool. Een jonge knul speelt cello en een derde man saxofoon. Het is meer het enthousiasme dat opvalt dan het muzikale resultaat. Laten we zeggen dat de nummers goed herkenbaar zijn. Het eten is prima. Nadat aldus de smaak en het gehoor gestreeld zijn keren we terug naar het hotel en toeval bestaat niet. In de centrale hal van het hotel treffen we het muzikale wonder van Pattaya, Ben Hansen, met een vriend. Iedereen kennelijk op de vlucht voor de Songkran terreur van Pattaya.
Eindelijk de dag waarop de titel van dit verhaaltje gebaseerd is. Op ThailandBlog las ik een stukje over een bezienswaardigheid vlakbij Khon Kaeng. Zoals Surin zijn olifantendorp heeft, heeft Khon Kaeng een slangendorp, officieel Cobra Village geheten. Op de kaart vinden we het dorp, Ban Khok Sa-Nga, niet terug, maar de vrouw van Louis kent deze streek en zij weet ons precies te vertellen waar het moet liggen. We rijden honderd kilometer naar Khon Kaeng en nemen daar de grote weg naar Udon.
We zien inmiddels blauwe borden met de aankondiging Cobra Village. 35 kilometer naar het noorden zien we een verwijzing dat we rechtsaf moeten. Dat kan niet, maar we kunnen wel een U-turn maken. Dat is kennelijk de bedoeling, want na een korte afstand ontwaren we een wit bord met Cobra Village. Linksaf en dan nog 16 kilometer. We zijn nu al een aantal dagen in Esan en het begin van de regentijd heeft zich met enkele forse buien geopenbaard. Wat een ommezwaai van uiterlijk. Een ruig en dor landschap wordt in enkele dagen een prachtig groengebied. Ik denk dat groen de kleur is met de meeste schakeringen.
Na 16 kilometer rijden we een verlaten dorp binnen, maar een behulpzame Thai vertelt ons dat we nog iets verder moeten doorrijden. Daar worden we verwelkomd door een luid schreeuwende Thai, die via immense luidsprekers vertelt hoe uniek deze slangenshow is. Op een podium te midden van tribunes doen de slangen allerlei kunstjes. Ze kunnen zich bijvoorbeeld een meter omhoog oprichten. Na de show mogen de toeschouwers zich met een slang om de hals laten fotograferen, tegen betaling uiteraard. Of ze kunnen geluk afdwingen door de slang met een briefje van honderd Baht te aaien.
Buiten de overdekte ruimte zijn nog allerlei bezienswaardigheden te bewonderen. Een meer met krokodillen. Allerlei kooien met steeds één slang. Ik heb niet de indruk, dat hier slagen gekweekt worden, maar dat dit een opvangplaats is voor gevangen genomen dieren. Ik twijfel erover of ik deze attractie moet aanraden. Laat ik het zo zeggen: wanneer je toch van Khon Kaeng naar Udon rijdt, dan is het best aardig even zestien kilometer van de snelweg af te gaan. Rijd er geen 200 kilometer voor om. Omdat de bewegwijzering nogal moeizaam zijn, hier even de coördinaten: 16◦41’39.81”N en 102◦55’30.93”O.
Op de terugweg stoppen we nog even bij een kleine schrijn op een berg, omgeven door duizenden beeldjes en beelden van olifanten. Het plaatsen van zo’n beeld zou geluk afdwingen en dat is nooit weg.
Terug in Roi Et lees ik het laatste Boekenweekgeschenk, De kraai van Kader Abdulman. Een aardig biografisch werkje van iemand die zijn weg bevochten en daarna gevonden heeft.
De volgende dag rijden we weer terug naar Surin, omdat de familie mee zal rijden naar Pattaya. Dat gebeurt weer een dag later. Ik kijk terug op bijzonder rustige dagen zonder hinderlijk watergeweld.
Nu om slangen te zien hoef je niet ver weg hoor, heb in de drie jaar hier in de Isaan,
( Sungnoen ), al meer slangen gezien dan me lief is, als ik met de motor rond rij, kronkelen ze over de weg van de ene na de andere kant, en zelf al een overreden, ook al in mijn huis enkele gehad, van kleintjes,tot een grote zwarte van ruim anderhalve meter.
en deze met lange stokken kunnen verjagen, ook mijn katten vangen zo af er eentje.
Mij buurman heeft zo een maand geleden een Cobra gedood, die voor zijn hek lag.
En al diversen maatregelen genomen, om deze enge beesten van ons weg te houden.
Dit getuigt natuurlijk van echte domheid.
Waarom deze dieren doden?
Als je met die instelling in Thailand gaat wonen….ja moe.
Blijf dan liever in Nederland.
In elk dorp is wel iemand te vinden die de slang voor jou kan verjagen.
De Thai zullen het ook niet graag zien dat je deze dieren dood.
Je zit met de verkeerde instelling in een verkeerd land.
En weet je, slangen komen naar dorpen, geeft hen meer schuilplaatsen dan in de vrije natuur.
Kijk dus maar elke avond onder je bed voor je gaat slapen.
Boodschap van een Belgische groene jongen.
leuk dat je reageert, maar even goed lezen wat ik schreef, hier heb ik ze verjaagt, en niet gedood, mag niet zoals je zegt van mijn vrouw.
Maar mijn buurman is een Thai.en schoot de cobra door zijn kop, en soms jaagt hij op eenden en ander soort gevogelte, en als er een monik langs komt geeft hij ook als ieder ander, dus niet elke Thai denk het zelfde, en lapt sommige regels van het bhoedisme aan zijn laars, dus wie zijn wij om te oordelen, wat goed en kwaad is.
Mijn ervaring is even iets anders, en wel dat slangen door thai wordt gedood.
Het betrof wel steeds cobra’s, dus ik weet niet of ik het in zijn algemeenheid kan stellen.
@ Mijn vriendin vertelde me dat je een slang in, of in directe omgeving, van je huis niet dood mag maken. Dat brengt ongeluk (kan een geest zijn van een overleden iemand). Slangen in de natuur mogen wel gedood worden.
Vraag me niet waarom. Het blijkt wel weer dat het animisme voor een Thai belangrijker is dan het Boeddhisme.
Nou, dan heeft de 1,5 meter lange slang in de tuin van mijn Thaise buren eergisteren pech gehad. Hij was niet giftig, maar heeft toch het loodje gelegd, doodgemept door de bewaking. Ik heb het niet op slangen, maar van mij mogen ze buiten de poort verder kronkelen.
Beste Peter,
Afgelopen maand hadden we er weer 3 in en om het huis. Nu die hebben toch echt geen 5 minuten nadat ze gespot waren nog geleefd. En ik kan daar niet rouwig om zijn want ze waar alle drie zwaar antalai zoals de thai dat zegt.
Het geldt trouwens wel voor de vogels die om en nabij het huis zitten. Die maken ze dus echt niet dood omdat daar de geest van een overleden iemand in zit.
Dus het zal wel weer iets regiogebonden zijn.
Overigens heb je ooit een filmpje hier op het blog gezet over het slangen dorp. Een van de hoofdrolspelers in dat filmpje is inmiddels overleden door een beet van een Cobra zo wist men mijn te vertellen.
Gr,
Thailandganger.
Hallo Dirk,
Beetje vvorbarig.
Getuigt dus niet van domheid.
En die opmerking van hier niet komen wonen dlsast ook nergens op.
Toen er hier bij ons op het park nog gebouwd werd, hadden wij regelmatig een slang in de tuin, dus alle kleuren en afmetingen hebben we al gezien. (nou ja, alle….)
Hele pakken SNAKE AWAYgestrooid.
Wanneer we er weer een op bezoek hadden, security bellen en die haalden hem weg en sommige sloegen dat beest hier ter plekke dood.
2 weken geleden kwam er een uit de boom zeilen, vlak naast de poolboy en ook deze sloeg vrolijk zijn kop er af.
Bbbbrrr, alles wat groter als een regenworm is ben ik als de dood voor en voor mij als leek, zijn gewoon alle slangen giftig.
Louise
Alhoewel de kop van het artikel luid Slangendorp in de Isaan, word in het artikel esan genoemd.
Esan, Isan of Isaan wat is de juiste naam?
Esan = Engels. In Nederlands: Isan of Isaan kan beide.