Geland op een tropisch eiland: De noodleshop

Door Els van Wijlen
Geplaatst in Leven in Thailand
Tags: ,
4 maart 2016

Els van Wijlen woont al meer dan 30 jaar samen met haar man ‘de Kuuk’ in een klein dorpje in Brabant. In 2006 bezochten ze Thailand voor het eerst. Ze maakten een prachtige reis met de auto van  Noord naar Zuid Thailand en vonden het een geweldig land.

Als het even kan, gaan ze er twee keer per jaar op vakantie. Hun favoriete eiland is Koh Phangan, dat voelt als thuiskomen. Luieren op het eiland en scooteren, met een kleine rugzak vol met weinig.

Nog een dag of tien en dan is het weer vakantie. Deze keer staat de Isaan op het programma en de laatste week gaan we zoals altijd naar Koh Phangan. De Isaan is helemaal nieuw voor ons en Koh Phangan voelt al jaren als thuiskomen. Hier kan  mijn man, de Kuuk, weer uren hangen in de eindeloos gerepareerde hangmat tussen de palmbomen. Uitkijkend over de zee, genietend van  zijn sjekkie.

In gedachte ga ik terug naar vorig jaar, toen we bezoek kregen van Korn, een Thaise kennis, die al jaren op de markt werkt in een van de vele eetkraampjes. Ze vertelt ons dat ze voor zichzelf kan beginnen, een eigen noodleshop. Ze zou daar meer dan goed de kost kunnen verdienen en ze had al bijna al het nodige geld bij elkaar.

Er is helaas nog een klein probleempje. Ze komt nog een aantal duizenden bathjes tekort. Of ze die dan van ons kan lenen, zomaar voor een dag of tien. In die tien dagen heeft ze immers al enorm veel omgezet en kan ze ons gemakkelijk terugbetalen. En natuurlijk mogen wij gratis bij haar komen eten. En eigenlijk heeft ze het geld morgen al nodig.

Met grote donkere ogen kijkt ze mij aan en het kost me eerlijk gezegd best moeite om haar te vertellen dat we haar enorm veel succes wensen, maar dat we echt geen geld gaan lenen. Ik ben niet helemaal achterlijk, natuurlijk komt dat geld nooit terug. Terwijl ik het zeg, kijk ik de Kuuk aan en dan weet ik al dat het helemaal mis gaat.

Hij zegt: Ach joh, misschien moesten we dat toch maar doen. Ze is altijd zo goed voor ons, waarom helpen we haar niet? Ik vertel Korn dat we erover na zullen denken. Morgen nemen we een beslissing nadat we haar noodleshop hebben gezien.

Ik moet lachen om mijn eigen verzonnen wurgcontract

’s Avonds bespreken we de zaak en vragen we ons af of we erop kunnen vertrouwen dat het geld terug komt. Uiteraard verschillen we van mening. Natuurlijk is het geen enorm bedrag, als het niet terugkomt, is het ook niet zo erg. Maar ik snap niet dat de Kuuk zo naïef kan zijn. Hij is er werkelijk van overtuigd dat zij het geld terug gaat geven.  Hij vertrouwt haar volledig.

Dan krijg ik opeens een heel slecht idee en ik flap het er meteen uit. Nou als jij dan zoveel vertrouwen hebt in haar, dan leen je haar het geld. En als ze jou niet terugbetaalt, dan stop jij met roken. Denk daar maar eens rustig over na. Hahahahaha , dat gaat ie nooit doen denk ik. Ik moet lachen om mijn eigen verzonnen wurgcontract en ik bedenk dat ik altijd in een win-win situatie zit. Of het geld komt terug, of hij stopt met roken.

Tevreden gaan we slapen. Dus we gaan de volgende dag bij Korn op bezoek. Het bescheiden noodleshopje ligt verstopt achter een rolluik aan de doorgaande weg, in het centrum van Tong Sala. Ze staat al op ons te wachten en maakt met haar sleutel het rolluik open en laat ons vol trots “haar” shop zien. De noodleshop bestaat dus wel degelijk en ziet er ook nog goed uit. Met het geld dat ze van ons leent, kan ze de ingrediënten kopen zodat ze de volgende dag om 06.00 uur de zaak kan openen. De Kuuk had natuurlijk al gepind en overhandigt haar de bathjes. We wensen haar veel succes en beloven morgen te komen eten. Dat hoeft niet voor niets, we willen graag betalen.

’s Avonds wordt hij er door mij nog eens fijntjes aan herinnerd, dat ik blij ben met de gang van zaken. Ik hoef me nergens zorgen om te maken, voor mij is het altijd goed. Ja, voor jou wel, zegt de Kuuk en het lijkt erop, dat hij zich dan pas realiseert, dat zijn geliefde sjekkies verleden tijd zijn, als Korn haar afspraak niet nakomt.

Het personeel is ziek, de opening is uitgesteld

De volgende dag is de Kuuk al vroeg van het resort verdwenen. Natuurlijk, hij is gaan kijken of “zijn “ zaak geopend is. Niet dus… Een telefoontje maakt duidelijk waarom de zaak niet open is. Haar personeel is ziek en daarom is de opening uitgesteld.

De dagen verstrijken en de Kuuk rijdt minstens driemaal per dag langs de noodleshop. Zijn ongerustheid neemt toe, en ik doe uiteraard geen enkele moeite hem gerust te stellen. Ik vertel hem dat hij in ieder geval nog een dag of acht volop kan roken….. We bellen om te vragen hoe de zaken ervoor staan. Eerst was het volgens Boeddha geen goede dag om open te gaan, daarna was moeder ziek en nu neemt ze na vier dagen de telefoon niet meer op.

De frequentie van het langsrijden wordt opgevoerd tot zesmaal per dag. De Kuuk wordt steeds nerveuzer. Ik heb met hem te doen, en als we een tempel bezoeken, offer ik wat bathjes en hoop dat  Boeddha tegen Korn zegt, dat ze die tent open moet gooien. En ja hoor het helpt… Na zes dagen is de noodleshop geopend. We eten er heerlijk en wensen Korn veel succes. Ze krijgt van ons uitstel van betaling. Als ze ons een dag voordat we vertrekken het geld terugbrengt, is alles in orde. Wij genieten zo nog een dag of veertien van een onbezorgde vakantie.

We nemen met tranen in de ogen afscheid van Koh Phangan

Een dag voor vertrek spreken we af dat Korn het geld komt brengen, maar ze komt niet, en neemt de telefoon niet op. De volgende morgen moeten we al vroeg met de boot het eiland af. We rijden langs de noodleshop en als de Kuuk ziet dat de tent open is,  roept hij STOP! En springt soepel, waarschijnlijk  door de adrenaline, uit de auto. Hij verdwijnt in de noodleshop en komt niet meer terug. De tijd dringt, de boot wacht niet en het vliegtuig ook niet, we moeten nu echt naar de pier.

Dan zie ik de Kuuk naar buiten komen en  achter op de scooter springen bij Korn, ik begrijp dat hij gaat pinnen en dat we elkaar op de pier weer zullen treffen. Ik word bij de pier gelost en ben opgelucht als ik de Kuuk achterop de scooter zie aankomen. Ze waren naar de pinautomaat geweest, maar dat had niet zoveel nut, want er was natuurlijk niets te pinnen. We spreken af, tegen beter weten in , dat we in de winter het geld terug krijgen, wensen haar goede zaken en stappen op de boot.

Als we over de reling hangen en met tranen in de ogen afscheid nemen van Koh Phangan, rookt de Kuuk een sjekkie; en de rook waait in mijn  gezicht……

Er zijn geen reacties mogelijk.


Laat een reactie achter

Thailandblog.nl gebruikt cookies

Dankzij cookies werkt onze website het beste. Zo kunnen we je instellingen onthouden, jou een persoonlijk aanbod doen en help je ons de kwaliteit van de website te verbeteren. Lees meer

Ja, ik wil een goede website