
Ik zat laatst rustig te bladeren door de digitale kranten uit de Lage Landen, zoals ik dat graag doe hier in mijn huisje. En terwijl buiten de krekels luidruchtig musiceerden en de vochtige warmte door de open ramen naar binnen gleed, las ik vol verbazing over de vreugde waarmee mijn landgenoten de komst van het voorjaar begroetten.
Ach, hoe herkenbaar was het! Bij temperaturen die met moeite de twintig graden halen, springen Nederlanders en vast ook Belgen uitgelaten van hun bank, grissen korte broeken en luchtige rokjes uit de kast en haasten zich naar het dichtstbijzijnde terras. Rokjesdag, een fenomeen dat meer wegheeft van een nationale feestdag, wordt juichend aangekondigd, men geniet alsof een mirakel zich voltrekt. En dat alles vanwege een waterig zonnetje dat hier in Thailand nauwelijks aandacht zou trekken.
Hoe wonderlijk is het toch dat die paar zonnestralen in Nederland en België tot zoveel uitbundigheid leiden, terwijl wij hier onder de eeuwige Thaise zon vooral puffend onder een ventilator liggen? Het antwoord, beste lezer, is wellicht eenvoudiger dan gedacht. Het heeft alles te maken met iets bijzonders dat wij hier helaas moeten missen: seizoenen.
Seizoenen! Ach, wie ze ooit gekend heeft, verlangt ernaar zodra ze zijn verdwenen. Ook ik moet eerlijk toegeven dat ik hier soms met heimwee terugdenk aan de echte lente. Die heerlijke dagen waarop je plotseling ziet dat sneeuwklokjes moedig hun kopjes boven de koude grond uitsteken en een merel luidkeels zingt dat het goed komt, want de zon is onderweg!
En dan die Hollandse zomer, waarin het volk massaal het strand en de parken bestormt, om vervolgens meteen te klagen dat het net te warm is. Of de herfst, dat melancholieke seizoen waarin het volk rustig en mijmerend door natte bossen sjokt en zich tevreden bezighoudt met het opvegen van bladeren.
Natuurlijk genieten we hier in Noord-Thailand van overvloedige zon, maar ik vermoed dat juist de schaarsheid het ware geluk brengt. Want is het niet juist dat wat zeldzaam is, het meest gewaardeerd wordt? Dat een voorzichtig schijnende zon, waarvan men weet dat zij elk moment kan worden weggeblazen door storm of weggespoeld door regen, veel kostbaarder is dan onze eeuwige hitte?
Misschien, beste lezer, romantiseer ik het allemaal wat, zoals dat wel vaker gebeurt met zaken die ver weg zijn. Maar toch, heel soms verlang ik naar dat verwachtingsvolle gevoel van uitkijken naar een nieuw seizoen. En u, beste medebewoner van dit zonnige paradijs, hoe ervaart u dit? Herkent u mijn heimwee, of bent u juist blij verlost van die onvoorspelbare grilligheid?
Laat het mij weten, want soms voelt eenzaamheid in het paradijs toch wat merkwaardig aan…
Over deze blogger

-
Mijn leeftijd valt officieel onder de categorie ‘bejaard’. Ik woon al 28 jaar in Thailand, probeer dat maar eens na te doen. Nederland was ooit het paradijs, maar het raakte in verval. Dus ging ik op zoek naar een nieuw paradijs en vond Siam. Of was het andersom en vond Siam mij? Hoe dan ook, we waren elkaar goed gezind.
De ICT zorgde voor een regelmatig inkomen, iets wat jullie ‘werk’ noemen, maar voor mij was het vooral een tijdverdrijf. Schrijven, dat is de echte hobby. Voor Thailandblog pak ik die oude liefde weer op, want na 15 jaar zwoegen verdienen jullie wel wat leesvoer.
Ik begon op Phuket, verhuisde naar Ubon Ratchathani, en na een tussenstop in Pattaya woon ik nu ergens in het noorden, midden in de natuur. Rust roest niet, zeg ik altijd, en dat blijkt te kloppen. Hier, omgeven door het groen, lijkt de tijd stil te staan, maar dat doet het leven gelukkig niet.
Eten, vooral lekker, dat is mijn passie. En wat maakt een avond compleet? Een goed glas whisky en een sigaar. Dan heb je het wel zo’n beetje, vind ik. Proost!
Jaa heel herkenbaar hoor. Daarom ben ik graag in december en januari in Nederland. Korte donkere dagen, een gure wind om het huis en knus binnen zitten bij de kachel, lichtjes en sfeermuziek die in de tropen mij niks doet.
Vraag het aan een Thaise boer en die zal ook vertellen dat er in het land seizoenen zijn. In Nederland kunnen er al aardige verschillen zijn tussen Zeeland, Limburg en Groningen en in Thailand nog groter tussen het noorden/noordoosten en het zuiden vanwege de verschillende luchtstromen.
Voor de boeren is het meestal of droogte of te nattig wat de klok slaat en waar anderen pas bij stil staan als de voedselprijzen de pan uit rijzen.
Wat mij betreft is kou nooit fijn en ook geen 16 graden in Thailand en daarom sluit ik mij aan bij André van Duin’s liedje Als ze zon schijnt.
Voor de Lage Landen is het eindelijk de bevrijding van hun winterdepressie en zijn velen net zo blij als koeien die de wei weer in mogen.
Ik vond de maanden mei en september de fijnste maanden in Nederland, vooral September als het voetbalseizoen weer begon, en om 10 uur in de ochtend de eerste bal bij het inschieten zo’n streep achterliet op het veld.
Dat nu de planten de grond uit schieten, is toch wel een gevoel wat Thai denk ik missen, onbewust. Ik zou het missen, als ik niet zou zorgen dat ik in maart weer lekker terug ben, na twee maanden geen kouwe voeten en handen meer hoeven lijden. Vogels, zoals het roodborstje en de merel zingen, zou ik ook missen.
Dan moet je naar eens zien wat er allemaal uit de grond schiet in Thailand bij het begin van het regenseizoen. Is stilaaan de tijd… en niet alleen bloemen en planten.
En vogel die fluiten genoeg hier in mijn tuin, al zing elke vogel zoals hij gebekt is natuurlijk 🙂
Inderdaad herken ik dit. Soms lig ik in mijn hangmat en luister naar een Nederlandse zenders. Op het moment dat het nieuws geweest is krijg je de weersverwachting. Dan denk ik weleens, wat mis ik dit toch wel een beetje. Dan zeg ik tegen mijzelf, nog even wachten misschien binnenkort maar weer eens Nederland bezoeken.
Dat is nou precies waarom ik Nederland prefereer boven Thailand: de seizoenen!!
Heerlijk, oktober ijskoude slagregens tegen je slaapkamerraam en dat dan om 5 uur de wekker gaat voor je vroege dienst, een warme kop koffie en dan op de fiets naar je werk,altijd wind tegen en zeiknat aankomen daar.
Ik mis het voor geen meter, de seizoenen hier zijn veel vriendelijker .