Dagboek van een Thailandganger (deel 16) – Op weg naar duidelijkheid

Na mijn vorige overpeinzing over een mogelijke breuk met mijn vriendin is er, eerlijk gezegd, niet veel nieuws te melden. En misschien is juist dat het probleem. De status van onze relatie hangt in de lucht. We spreken elkaar, maar het blijft oppervlakkig. Geen echte gesprekken, geen duidelijkheid. En ik merk dat het me begint op te breken.
Daarom heb ik voorgesteld om elkaar spoedig te ontmoeten in Bangkok. Niet via de telefoon of via WhatsApp. Dat voelt te afstandelijk, te onpersoonlijk. Dit soort gesprekken voer je niet tussen de regels van een chat. Ik wil haar in de ogen kunnen kijken. Zien wat er achter haar woorden zit.
Over een paar dagen vertrek ik dus naar Bangkok. Niet met lood in mijn schoenen, maar ook niet met lichte tred. Het is nodig. Ik wil luisteren naar haar verhaal, haar kant van alles. Maar ik wil ook mijn eigen waarheid kunnen uitspreken.
Ik heb er lang over nagedacht: is er een compromis mogelijk? Maar telkens als ik dat scenario uitteken, loop ik vast. De kern is simpel. Ik weet zeker dat ik niet op het platteland wil wonen. Daar zou ik langzaam verpieteren. En wat heeft een relatie nog voor zin als je jezelf moet wegcijferen om de ander gelukkig te houden?
De grote vraag is dus niet alleen of zij bereid is om naar mij toe te bewegen, maar ook of ik haar daar, bij mij, wel gelukkig kan maken. Want het omgekeerde geldt ook: samen ergens wonen, terwijl een van de twee zich niet op z’n plek voelt, is geen duurzame oplossing. Dan bouw je op drijfzand.
We moeten dus eerlijk zijn. Ook als het pijn doet. Ik wil geen situatie waarin we maanden doormodderen, in de hoop dat het vanzelf beter wordt. Ik denk dat we elkaar straks zullen moeten aankijken en besluiten: ja, we gaan ervoor, of: nee, dit is het einde van ons verhaal. Alles daartussenin is vermoeiend. Voor haar. Voor mij.
Ondertussen in Naklua draait het leven gewoon door. Mijn Vlaamse vriend heeft flinke pech gehad. Uitgegleden in de badkamer, een gebroken arm als souvenir. Ik ben een paar keer bij hem thuis langs geweest. Hij zit op de bank, terwijl zijn vriendin over hem waakt met een toewijding die aandoenlijk is. Ze vliegt rond als een zorgzame wervelwind. Alles wordt voor hem gedaan. Zijn koffiekopje verdwijnt nog voor hij het heeft kunnen neerzetten.
Wandelen met hem zit er voorlopig niet in, laat staan een biertje op de boulevard. Ze laat hem voorlopig niet uit haar zicht. “Pas als hij weer twee armen heeft,” zei ze glimlachend. En ik geef haar geen ongelijk.
Zelf loop ik, min of meer bij gebrek aan beter, soms ‘s avonds Pattaya in. Niet omdat ik op jacht ben, verre daarvan. Maar er zijn avonden dat de muren op je afkomen. Je kunt nu eenmaal niet eindeloos in je eentje op een balkon zitten mijmeren. Dus ga ik de straat op. Een beetje lopen, ergens wat drinken.
Het probleem is alleen, zodra je als man van boven de zestig alleen aan een barkruk gaat zitten, heb je binnen een paar minuten gezelschap. Soms vriendelijk, soms direct, soms vermoeiend opdringerig. Er zijn genoeg dames die op zoek zijn naar wat je in Thailand een “sponsor” noemt. En als je dan beleefd blijft, een beetje praat en niet meteen wegloopt, denken ze dat ze beet hebben.
Ik blijf vriendelijk. Geef meestal een ladydrink, maak een praatje. Niet uit interesse, maar omdat ik weet dat dit hun werk is. Ze moeten hun huur ook betalen, hun kind ergens in Isaan voeden. Maar ik heb er verder geen behoefte aan. Hoe mooi sommige dames ook zijn, het is hun werk en een spel. Daar ga ik niet in mee. Dat zou niet goed voelen. Zolang ik nog in een relatie zit, is dat voor mij gewoon geen optie. Punt.
Toch zijn die avonden niet helemaal verloren. Ik geniet oprecht van de livebandjes die in hun beste Engels classic rock naspelen, van de toeristen die zich aan alles vergapen en van de eindeloze stoet mensen die voorbij paradeert alsof ze allemaal een rol hebben in een film die niemand begrijpt. Het is soms een soort theater, dat nachtleven in Pattaya. Een kleurrijk, onvoorspelbaar en licht treurig toneel. Maar wel boeiend om naar te kijken.
Meer heb ik op dit moment niet te melden. Ik loop nog wat met mijn ziel onder de arm, dat is de waarheid. De dagen voelen net iets leger zonder richting. Wat ik vooral merk, is dat ik behoefte heb aan duidelijkheid.
Misschien is het gesprek in Bangkok het begin van een nieuw hoofdstuk. Misschien wordt het het slotakkoord. Hoe dan ook: ik wil verder. En pas als de mist is opgetrokken, weet ik weer welke kant ik op wil.
Wordt vervolgd…
Ingezonden door Nico