Zware aardbeving in Myanmar: dodental stijgt naar 1.644 en kan oplopen naar meer dan 10.000
Mandalay, 30 maart 2025 — De zware aardbeving in Myanmar heeft volgens de militaire junta minstens 1.644 levens geëist. Meer dan 3.400 mensen raakten gewond en 139 personen worden nog vermist.
Hulporganisaties vrezen dat het werkelijke dodental aanzienlijk hoger ligt, zeker nu reddingswerk nog steeds wordt belemmerd door schade aan wegen, bruggen en vliegvelden.
De beving, met een kracht van 7,7 op de schaal van Richter, trof vrijdag grote delen van Zuidoost-Azië en werd gevolgd door een naschok van 6,4. Het epicentrum lag in de buurt van Mandalay, de op een na grootste stad van Myanmar. Daar zijn volgens lokale media de meeste slachtoffers gevallen. Bijna alle gebouwen in de stad zijn beschadigd of ingestort. Ook ziekenhuizen zijn zwaar getroffen, wat medische hulpverlening ernstig belemmert.
Dodental kan oplopen tot boven de 10.000
Het Amerikaanse geologische instituut USGS schat dat het uiteindelijke aantal doden kan oplopen tot boven de 10.000. De combinatie van de kracht van de beving, de bevolkingsdichtheid en zwakke bouwconstructies maakt de situatie uitzonderlijk ernstig.
Reddingswerkers zijn nog steeds op zoek naar overlevenden onder het puin. Vooral in afgelegen dorpen is het bereik beperkt, waardoor hulp pas laat op gang komt. De VN spreekt van een race tegen de klok, nu voedsel, drinkwater en medische middelen in snel tempo opraken.
Internationale hulp komt op gang, ondanks eerdere terughoudendheid van junta
Opmerkelijk is dat het militaire regime van Myanmar nu actief internationale hulp heeft ingeroepen. Dat gebeurde niet of pas laat bij eerdere rampen, zoals na cycloon Nargis in 2008, waarbij naar schatting 140.000 mensen omkwamen.
China heeft inmiddels reddingsteams, drones en aardbevingsdetectieapparatuur gestuurd. Rusland leverde twee vliegtuigen met 120 reddingswerkers en grote hoeveelheden hulpgoederen. Beide landen onderhouden nauwe banden met de junta en zijn belangrijke militaire partners.
Ook India, Maleisië en Zuid-Korea hebben hulp toegezegd. De Verenigde Naties hebben 5 miljoen dollar beschikbaar gesteld voor noodhulp. De Europese Unie trok 2,5 miljoen euro uit en zette de satellietdienst Copernicus in voor schadeanalyse. Daarnaast had de EU al 32,5 miljoen euro aan humanitaire hulp voor Myanmar begroot.
Humanitaire situatie verslechtert snel
Ook vóór de aardbeving was de situatie in Myanmar zorgelijk. Volgens de Verenigde Naties was ongeveer een derde van de bevolking (circa 20 miljoen mensen) afhankelijk van humanitaire hulp.
Na de ramp is de situatie in veel regio’s kritiek. Door de schade aan infrastructuur is het moeilijk om voedsel, water en medische middelen te verspreiden. Hulporganisaties vrezen een toename van infectieziekten, ondervoeding en sterfte.
Junta zet luchtaanvallen voort in rampgebied
Ondanks de ramp gaat het militaire geweld in Myanmar onverminderd door. Sinds de staatsgreep in februari 2021, waarbij de democratisch gekozen regering werd afgezet, vechten verzetsgroepen in grote delen van het land tegen het leger.
Ook zaterdag meldden lokale media nieuwe luchtaanvallen van het leger, zelfs in door de aardbeving getroffen gebieden. Hulpverleners waarschuwen dat het geweld het reddingswerk bemoeilijkt en de humanitaire nood verder vergroot.
Internationale mensenrechtenorganisaties roepen op tot een onmiddellijke wapenstilstand in de getroffen regio’s om ongehinderde hulpverlening mogelijk te maken.
De komende dagen zijn cruciaal. Zonder snelle, grootschalige hulp dreigt Myanmar af te glijden naar een ongekende humanitaire ramp. De internationale gemeenschap staat voor de uitdaging om levensreddende hulp te bieden in een land dat nog steeds wordt geteisterd door geweld, repressie en natuurrampen.